Comocladia dodonaeaLet op: Spelling van 1914 Urb. Fam. Anacardiaceae. Red man, Centepee plant, bov. e. Boompje met veervormig saamgestelde bladeren; de blaadjes zijn zittend en eindigen alle in een scherpe stekelpunt; de eindblaadjes hebben bovendien aan elke zijde nog 2 scherpe stekelpunten terwijl de andere blaadjes aan elke zijde er één hebben.
Compagnie (West-Indische)Let op: Spelling van 1914 § 1. Oprichting.: Aan de oprichting der W.I. Cie. is nauw verbonden de naam van Willem Usselinx, een Zuid-Nederlander, die in 1567 te Antwerpen werd geboren en reeds vroeg voor handelszaken eenige jaren op de Azorische eilanden doorbracht, waar hij den handel op Amerika in alle bijzonderheden leerde kennen. Man van sterke overtuigingen en vurig cal…
Comptabelen, comptabiliteitLet op: Spelling van 1914 Ingevolge het tweede lid van art. 62 der Grondwet moet de ‘wijze van beheer en verantwoording’ van de geldmiddelen der koloniën bij de wet worden geregeld. Dit voorschrift kwam voor het eerst in 1848 in de Grondwet (art. 60); het werd in 1865 herhaald in art. 153 van het R.R. voor Suriname en in art. 174 van het R.R. voor Curaçao. Aan het voorschri…
Conceveiba guyanensisLet op: Spelling van 1914 Aubl. Fam. Euphorbiaceae. Mabi-hoedoe, n.e. Een kleine boom met groene bloemen; gebruik onbekend.
Condalia henriqueziLet op: Spelling van 1914 Bold. Fam. Rhamnaceae. Beesji kabrieto, Paaloe di besji, ar. Boom met kleine spatelvormige leerachtige bladeren en takken die na den val der bladeren, die in kortloten geplaatst zijn, als zeer scherpe dorens een gevaarlijk wapen van de plant zijn. De bessen zijn groen.
Condamine (Charles Marie de la)Let op: Spelling van 1914 Fransch reiziger en mathematicus, geb. te Parijs 28 Jan. 1701 en aldaar overleden 4 Febr. 1774, had eerst de militaire loopbaan gekozen, maar verliet den dienst om zich geheel aan de wetenschappen te wijden. In 1735 zond de Akad. van Wet. te Parijs hem met Godin en Bouguer naar Peru om onder den aequator een graadmeting te doen. De uitvoering van d…
Congo'sLet op: Spelling van 1914 Zie
BACOVE.
Conocarpus erectusLet op: Spelling van 1914 Fam. Combretaceae. Grijze Mangel, Mangel, Mangel blanko, Witte mangel, ben. e. Button wood, bov. e. Heester of boom met naar top en basis zeer spits toeloopende bladeren; de bloemen staan in kogelvormige bloeiwijzen ter grootte van een hazelnoot.
Copaifera guyanensisLet op: Spelling van 1914 Desf. Fam. Leguminosae. Hoeproe-hoedoe of Koepa-hoedoe, n.e. Groote boom met zeer vast en taai hout. De jonge boomen leverden vroeger hoepels voor vaatwerk. Uit den stam vloeit een hars, hoepelolie, Balsamum Copaivae, genaamd, die in Suriname zelden wordt verzameld.
Copernicia tectorumLet op: Spelling van 1914 Mart. Fam. Palmae. Palmiet, cur. Boom met vrij dikken stam en groote waaiervormige, diep ingesneden bladeren, met half-cylindervormigen bladsteel, voorzien van teruggebogen stekels. Vrucht kogelkormig. Gekweekt.
CoppenameLet op: Spelling van 1914 Deze rivier ontspringt iets bezuiden 4° N.B. op het Wilhelminagebergte. De beide bronrivieren, de Rechter- en de Linker-Coppename, vereenigen zich een weinig ten zuiden van het Hebiwerie-gebergte op 4° 25'; de rivier stroomt dan eerst in noordelijke richting, daarna met groote bochten naar het oosten, buigt bij den Volzberg naar het noordoosten om …
Coppename-expeditieLet op: Spelling van 1914 Zie
ONDERZOEKINGSTOCHTEN.
CopraLet op: Spelling van 1914 Zie
KOKOSNOOT.
CoralitaLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
ANTIGONON.
Corallus hortulanusLet op: Spelling van 1914 L. Het slangengeslacht Corallus (ook wel Xiphosoma genoemd), tot de familie der Boidae behoorende, onderscheidt zich door dat de voorste tanden in de bovenkaak zeer groot zijn, veel grooter dan de daaropvolgende tanden, door de aanwezigheid van diepe groeven in de schilden van den boven- en den onderlip en door het bezit van gladde schubben. Corall…
CoralplantLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
JATROPHA MULTIFIDA.
CorantijnLet op: Spelling van 1914 De machtigste der Surinaamsche stroomen, de grensrivier tusschen Nederlandsch en Britsch Guiana, ontspringt op nagenoeg 2° N.B. op een gebergte, dat op vele kaarten den naam van Akarai draagt. De Goeje (Zie
AKARAI-GEBERGTE) betwist het bestaan van dit gebergte o…
Corantijn-expeditieLet op: Spelling van 1914 Zie
ONDERZOEKINGSTOCHTEN.
CorcobaLet op: Spelling van 1914 pap. Zie
CARANX.
Cordia albaLet op: Spelling van 1914 R. et Sch. Fam. Borraginaceae. Karawaara,, ben. e. Boom met langwerpige of eironde, onregelmatig getande en ingesneden bladeren; de bovenkant der tot 10 c.m. lange bladeren is zeer ruw; de bloemen in zeer samengestelde pluimvormige bloeiwijze zijn wit en hebben een duidelijk geribde kelk.
Cordia cylindrostachyaLet op: Spelling van 1914 R. et Sch. Fam. Borraginaceae. Karisjoeri, ben. e. Heestertje met langwerpige bladeren en bloemen in een eindelingsche aar: de bloeiwijze, tot 10 c.m. lang is 0,8 c.m. dik, rolrond.
Cordia globosaLet op: Spelling van 1914 H.B.K. Fam. Borraginaceae. Oreegana, ben. e. Heestertje met langwerpige of ovale grofgezaagde bladeren en bloemen in kogelvormige bloeiwijzen ter grootte van een hazelnoot.
Cordia graveolensLet op: Spelling van 1914 H.B.K. Fam. Borraginaceae, Blaka mama of Blaka oema, n.e. Kleine heester met groene bloemen; de bladeren, die aetherische olie bevatten, zijn een volksgeneesmiddel tegen gonorrhoe.
Cordia sebestenaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Borraginaceae. Karawaara spanjool, Manhage, ben. e. Scarlet accordia, bov. e. Boom met eivormige, zeer ruwe bladeren en groote oranjekleurige bloemen; groote witte vruchten. Gekweekt.
Cordia sulcataLet op: Spelling van 1914 D.C. Fam. Borraginaceae. Manjack, bov. e. Boom met zeer kort gesteelde en zeer ruwe bladeren tot 25 c.m. lang met een breeden voet; de bloemen staan in een pluimvormige tros.
Cordia tetrandraLet op: Spelling van 1914 Aubl. Fam. Borraginaceae. Tafelboom, sur. Een kleine boom die meest op opengekapte plaatsen groeit. Gebruik onbekend.
Cornets de Groot van Kraayenburg. (jhr. Johan Pieter)Let op: Spelling van 1914 Zie
MINISTERIE V. KOLONIËN.
CoronieLet op: Spelling van 1914 Naam van een district in Suriname, aan de kust gelegen en ook wel bekend als ‘de Zeekust’ of ‘de Kust’, vroeger Opper-Nickerie geheeten. Bij Publ. van 10 Oct. 1851 werd bepaald dat het district den naam Coronie zou voeren. Het district is eerst in 1808 bebouwd; de eerste plantage was Lot No. 210 (later Burnside), waar een zekere A. Cameron het eers…
CorraLet op: Spelling van 1914 pap. Zie
PRIACANTHUS en
RHOMBOPLITES.
CorrodentiaLet op: Spelling van 1914 eene orde van insecten, waartoe de houtluizen, termieten of witte mieren en vachtluizen worden gebracht. Het zijn insecten met bijtende monddeelen, eene onvolkomen of in het geheel geene gedaanteverwisseling en vier vliezige vleugels, die echter ook dikwijls ontbreken. De onderlinge verwantschap der verschillende groepen, die men tot deze orde bren…
Corydoras punctatusLet op: Spelling van 1914 (Bl.) Eig. Eig. Soké n.e. Fam. Callichthyidae. Zoetwatervisch. Verspreiding: Suriname; Guiana, Solimoens; Amazone. De kop is even hoog als lang. Er zijn twee paar voeldraden. De oogen zijn klein. Er zijn beenplaten op den kop en twee rijen, dakpansgewijze liggende schilden aan beide zijden van het lichaam. De stekel van de rugvin is zwak, de vetvin…
Coryphaena hippurus lLet op: Spelling van 1914 Dolfijn, Dorado, Drader, pap. Fam. Coryphaenidae. Zeevisch. Verspreiding: pelagisch, noordelijk tot kaap Cod komend. De mondspleet is wijd, de onderkaak steekt vooruit. De schedel met een kam, die bij volwassen dieren veel hooger is dan bij de jongere. Een enkele veelstralige staartvin, die zich uitstrekt van de nek tot bijna aan de staartvin. De a…
Cosmos sulfurensLet op: Spelling van 1914 Cav. Fam. Compositae. Poppy, bov. e. Sierplant met zeer diep vedervormig ingesneden bladeren waarvan de slippen ook vedervormig ingesneden zijn; de bloemhoofdjesstaan op lange stelen en de lange lijnvormige vruchten dragen aan den top twee wijduitstaande naalden. Gekweekt.
Costus cylindricusLet op: Spelling van 1914 Jacq. Fam. Zingiberaceae. Fiko-fiko of Sangrafoe, n.e. Een kruidachtige [p. 231] plant, waarvan de bloemen in den oksel van elkaar dakpansgewijs bedekkende schutbladeren gezeten zijn, zoodat de geheele bloeiwijze veel op een dennenkegel gelijkt. Ook andere soorten van Costus (C. discolor, C. niveus, C. scaberulus) heeten in Suriname Sangrafoe. Het …
Costus speciosusLet op: Spelling van 1914 Sm. Fam. Zingiberaceae. Shellplant, bov. e. Plant met lange bladeren aan een rechtopgroeienden stengel; bloemen geplaatst in een aarvormige bloeiwijze met groote schutbladen. Gekweekt.
CotingidaeLet op: Spelling van 1914 COTINGA'S. De Cotinga's behooren tot de merkwaardigste vogels van Suriname en zijn van zeer uiteenloopende grootte. Een van de meest bekende, ofschoon men hem zelden te zien krijgt, maar des te meer hoort en over wiens klankvol geluid alle reizigers schrijven, is Lathria cinerea, (sur. Groenhartvogel, n.e. kwit-kwitti-jaba, naar het geluid, of Boes…
CotticaLet op: Spelling van 1914 Deze Surinaamsche rivier ontspringt in het heuvelland, dat men als de noordelijke uitloopers van het Nassau-gebergte kan beschouwen. Zij neemt in haar loop, aan den rechteroever, op de Patamacca, de Rikanau en de Coermotibo (die door de Wanekreek in verbinding staat met de Marowijne) verder de Boekoe- of Cassipoeloe-, de Koopmans-, de Oranje-, de M…
Cottica-negersLet op: Spelling van 1914 Zie
BOSCHNEGERS.
CouacLet op: Spelling van 1914 Zie
AARDVRUCHTEN (onder kassave).
Coudreau (Henri Anatole)Let op: Spelling van 1914 een Fransch onderzoekingsreiziger, geb. 6 Mei 1859 te Lounac (Charante-Inférieure), werd, na voltooiing zijner studiën, leeraar aan het lyceum van Clermont-Ferrand. In 1881 vroeg en verkreeg hij de betrekking van leeraar aan het ‘collège de Cayenne’. Reeds spoedig begon hij zijne onderzoekingstochten in Guiana. Na verscheidene reizen te hebben geda…
Couepia glandulosaLet op: Spelling van 1914 Miq. Fam. Rosaceae. Kwepi, n.e. Matig hooge boom. De asch van den verbranden bast gebruiken de Indianen bij de toebereiding van de klei waarvan zij hun aardewerk vervaardigen.
Couma guyanensisLet op: Spelling van 1914 Aubl. Fam. Apocynaceae. Pera, n.e. Een groote boom met eetbare vruchten die den vorm van een peer hebben. Het hout wordt niet gebruikt; de melk schijnt te dienen om balata te vervalschen.
Couralia fluviatilisLet op: Spelling van 1914 Splitg. Fam. Bignoniaceae. Koerali. n.e. Een boom met handvormig-samengestelde bladeren en witte, klokvormige bloemen.
Couratari guyanensisLet op: Spelling van 1914 Aubl. Fam. Lecythidaceae. Iengi-pipa, n.e. Een boom met langwerpige houtachtige vruchten, die met een deksel opengaan, en daarna den indruk maken van een pijpekop. Het hout wordt zelden gebruikt.
Couroupita surinamensisLet op: Spelling van 1914 Mart. Fam. Lecythidaceae. Bosch-kalebas, sur. Een boom met groote, prachtige bloemen in trossen en groote bolvormige vruchten, die met een deksel opengaan. Het hout is duurzaam, maar wordt in Suriname niet gebruikt. [p. 232]
Coutier (Jean.)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
CouvadeLet op: Spelling van 1914 Met verwijzing naar hetgeen in het artikel
BENEDENL. INDIANEN gezegd is over dit ‘mannenkraambed’, zij hier aangeteekend dat de naam afkomstig schijnt te zijn uit Béarn, in Frankrijk, waar deze gewoonte ook heeft bestaan. Voor zooveel Guiana betreft vindt men o.…
CrabgrassLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
PAPPOPHORUM en
PASPALUM.
CrabwoodLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
PITHECOLOBIUM UNGUISCATI.
Crack openLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
CASEARIA DECANDRA.
Crataeva gynandraLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Capparidaceae. Soeroen di moondi, ben. e. Boom met drietallige zeer langgesteelde bladeren en kogelvormige vruchten.
Crediet-instellingenLet op: Spelling van 1914 A. Suriname.: 1o. Particuliere west-indische bank.: Onder de maatregelen door den Commissaris-generaal Graaf van den Bosch genomen om verbetering in den economischen toestand van Suriname te brengen, behoorde ook de stichting van de Particuliere West-Indische Bank bij Publ. van 9 Maart 1829. Het gronddenkbeeld, waarvan hij uitging, was het scheppen…
Cremer (Jacob Theodor)Let op: Spelling van 1914 Zie
MINISTERIE VAN KOLONIEN.
Crenicichla altaLet op: Spelling van 1914 Eigenm. Donkodjo, n.e. Fam. Cichlidae. Verspreiding: Guiana. In den bovenloop van de rivieren. Deze verschilt van Cr. Saxatilis doordat zijn schouderplek zich boven of op de zijlijn bevindt. De donkere band op den kop loopt zelfs bij volwassenen soms door tot de staartvin.
Crenicichla saxatilisLet op: Spelling van 1914 (L.) Heck, Dattra en Matoewari, n.e. Fam. Cichlidae. Verspreiding Langs de kusten en in de rivieren. Brazilië en Guiana. De rugvin is lang, beslaat bijna de heele rugzijde van den kop af; de staartvin is afgerond. De onderkaak is iets langer dan de bovenkaak. De zijlijn is gebroken. Er is een donkere plek op den schouder, onder de zijlijn. Van deze…
Creole cashaLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
ACACIA MACRACANTHA.
Creole cornLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
ANDROPOGON SORGHUM.
Creole cottonLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
GOSSYPIUM BARBADENSE.
Creolen-mamaLet op: Spelling van 1914 Krioro-mama, n.e. In den slaventijd een oude negerin, die op de plantages op de slavenkinderen moest passen, terwijl de moeders aan het werk waren. Veelal deed zij ook dienst als vroedvrouw.
CreoolLet op: Spelling van 1914 Over de beteekenis van dit woord is veel geschreven. De gewone is: een blanke bewoner van Zuid-Amerika en de West-Indiën, aldaar geboren uit Europeesche ouders. Deze beteekenis is echter niet de geldende in de koloniën. Creool heet daar al wat er geboren is, mensch of huisdier; oorspronkelijk werden evenals in Brazilië, van waar het woord gekomen i…
Crescentia cujeteLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Bignoniaceae. Kalebas, sur. Krabassi, n.e. Iroida, arow. Koi, kar. Kallebas rondo, ben. e. Calebash, bov. e. Boom met spatelvormige tot 19 c.m. lange bladeren, die in bundels bijeenstaan aan dwerglooten; groote klokvormige bloemen; van de schaal der groote, [p. 245] bolvormige vruchten wordt allerlei vaatwerk vervaardigd, al of niet van sni…
Crevaux (Jules Nicolas)Let op: Spelling van 1914 Fransch ontdekkingsreiziger, geb. te Lorquin (Lotharingen) 1 April 1847, nam in 1868 dienst bij de Fransche marine. Aan den Fransch-Duitschen oorlog, 1870-71, nam hij als vrijwilliger deel; in 1872 werd bij militair arts Op 9 Juli 1877 ondernam hij van Cayenne uit zijn eerste reis in het binnenland van Guiana, waarbij hij de Marowijne tot hare bron…
CrijnssenLet op: Spelling van 1914 Zie
KRIJNSSEN.
Crinum americanumLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Amaryllidaceae. Lily, bov. e. Bloemen in een scherm geplaatst; bloemdek uit een lange buis bestaande en uitloopende in 9 c.m. lange slippen die 2 c.m. breed zijn. Bladeren evenwijdignervig. Gekweekt.
CrobiaLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
AEQUIDENS EN
CICHLASOMA.
Crol (Johannis Didericus)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
Crommelin (wigbold)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
Crotalaria incanaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Leguminosae. Small yellow popbush, bov. e. Kruid met drietallige bladeren, die zeer langgesteeld zijn; eindelingsche bloemtros; peulen opgeblazen, behaard.
Crotalaria retusaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Leguminosae. Jokomansiri, n.e. Big yellow popbush, bov. e. Kruid met enkelvoudige, spatelvormige bladeren en eindelingsche bloeitros van gele vlinderbloemen. Min of meer opgeblazen zwarte peulen, waarin de zaden rammelen.
Crotalaria verrucosaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Leguminosae. Purple popbush, bov. e. Kruid met enkelvoudige eivormige bladeren en vlinderbloemige bloemen.
CrotalusLet op: Spelling van 1914 (Ratelslang.) De zeer gevaarlijke ratelslangen behooren tot de geslachten Crotalus en Sistrurus. Zij onderscheiden zich, even als deslangen tot de geslachten Lachesis en Ancistrodon behoorende, van alle andere slangen door de aanwezigheid van eene diepe groef gelegen tusschen het neusgat en het oog; van daar de namen: pitvipers (eng.) en Grubennatt…
CrotonLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
CODIAEUM.
Croton astroitesLet op: Spelling van 1914 Dryand. Fam. Euphorbiaceae. Wild marrow, bov. e. Heester met langwerpige bladeren, die aan de onderzijde geheel bedekt zijn met schubben; de bloemen zijn eenslachtig en staan in tot 3 c.m. lange trossen; de vrouwelijke bloemen zijn tot 0.8 c.m. groot.
Croton betulinusLet op: Spelling van 1914 Vahl. Fam. Euphorbiaceae. Black sage, bov. e. Heestertje met tot 1 cm. lange blaadjes die met schubben bedekt zijn; de takken zwart; de bloemen staan in trossen.
Croton cuneatusLet op: Spelling van 1914 Kl. Fam. Euphorbiaceae. Pépré-hoedoe, n.e. Een kleine boom met groene bloemen.
Croton flaveusLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Euphorbiaceae. Wilde salie, ben. e. Marrow, Yellow balsam, bov. e. Deze onderscheidt zich voornamelijk van C. astroites door de smallere bladeren en door de tot 8 c.m. lange bloemtros.
Croton glandulosusLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Euphorbiaceae. Jeerba Kareeta, ben. e. Heestertje met elliptische, getande bladeren die bedekt zijn door schubben en aan wier blad-basis twee gesteelde klieren voorkomen; de bloemen staan in trossen en zijn eenslachtig. [p. 246]
Croton lobatusLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Euphorbiaceae. Jeerba Kraabo, ben. e. Lilacbush, bov. e. Kruid met bijna tot den voet ingesneden driedeelige bladeren; bladstelen dichtbehaard.
Croton niveusLet op: Spelling van 1914 Jacq. Fam. Euphorbiaceae. Barra blanko, Kivieti, Loembra blanko, ben. e. Heester met aan den onderkant zilverwitte glanzende bladeren die eivormig, eenigszins hartvormig zijn; bloeiwijzen tot 3 c.m. lang met bloemen, die in den knop bruinglanzend zijn.
Croton ovalifoliusLet op: Spelling van 1914 Vahl. Fam. Euphorbiaceae. Jeerba di seeroe, Jeerba tsjoebaatoe, ben. e. Laag heestertje met ovale bladeren, die tot 2 c.m. lang zijn; de bloemen zijn eenslachtig en staan in trossen; de vruchten zijn driehoekig,
Crotophaga aniLet op: Spelling van 1914 Kau-foetoeboi, n.e. In Suriname voorkomende koekoekachtige vogels. Zij bezitten een zwart gevederte met groen- of blauwachtigen glans en een zijdelings samengedrukten snavel met sterk gekromden bovenrand, waardoor zij in Suriname ook bekend zijn als Smousvogels. Zij leven in troepjes bijeen en men ziet ze dikwerf op den rugvan runderen naar insecte…
Crucifix-vischLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
SCIADEICHTHYS PROOPS.
Crull (mr. Pieter Hofstede)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
CrustaceaLet op: Spelling van 1914 of SCHAALDIEREN vormen eene onderklasse van de groote klasse der Arthropoden, die onder de ongewervelde dieren gekenmerkt zijn door in geledingen verdeelde ledematen, en een meestal eveneens in segmenten verdeeld lichaam. De Crustacea speciaal zijn onderscheiden door het bezit van een schaal of huidpantser, dat vooral bij de hooger ontwikkelde groe…
Cucumis anguriaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Cucurbitaceae. Wild Komkommer, ben. e. Pumpkin, bov. e. Slingerplant met ranken en drie- tot vijf-lobbige bladeren met bladsteel die veel langer is dan de bladschijf; de bloemen zijn alleenstaand op zeer lange stelen.
Cucumis meloLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Cucurbitaceae. Meloen of Spaansch spek, sur. Een klimplant waarvan het zaad uit Europa ingevoerd wordt. De vruchten zijn zeer smakelijk. Spaansch-spek is de naam voor de in Suriname voorkomende vorm die wegens de dikke schil en het weinige vruchtvleesch zich veel minder tot consumptie leent.
Cucurbita maximaLet op: Spelling van 1914 Dcne. Fam. Curcurbitaceae. Pompoen, ben. e. Slingerplant met ranken en groote hartvormige bladeren die onregelmatig getand zijn en zich vooral onderscheiden van die van Lagenari vulgaris doordat zo zeer ruw zijn. Gekweekt.
Cucurbita pepoLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Cucurbitaceae. Pompoen, sur. Een ook in gematigde streken veel gekweekte klimplant met groote vruchten. De jonge vruchten zijn in Suriname een volksgeneesmiddel.
Cuenta di nansiLet op: Spelling van 1914 pap. Zie
ANANSITORI.
Cultivatie. (de)Let op: Spelling van 1914 sur. Plantageterm; beteekent de beplante velden.
Cultuurtuin en landbouwdepartementLet op: Spelling van 1914 Reeds in de eerste helft van de 18de eeuw werden pogingen gedaan om in Suriname een cultuurtuin of een kruidtuin aan te leggen. Op raad van Boerhave zond de directie der Societeit in 1734 den kruidkundige Isaac Eliaser Augar naar de kolonie met het doel een kruidtuin te stichten. Dit doel schijnt bereikt, maar meer is er niet van bekend. In 1787 ri…
Cultuurvlakte (de)Let op: Spelling van 1914 Een ± 5 K.M2. groote glooiende vlakte in het midden van St. Eustatius, die een deel van den bebouwbaren grond vormt.
CuraçaoLet op: Spelling van 1914 I. Aardrijkskundig overzicht.: Naam, Ligging, Vorm en Grootte.: Omtrent oorsprong en beteekenis van den naam Curaçao bestaat geen zekerheid. Zooveel schijnt vast te staan, dat hij afkomstig is van de oorspronkelijke Indiaansche bewoners, want de eerste ontdekker, Alonzo de Ojeda, hoorde bij hen reeds dien naam. De oudste bekende schrijfwijze (op de…
Curaçao (klein)Let op: Spelling van 1914 een eilandje van geringe oppervlakte, ligt vlak bij de zuidoostpunt van het eiland Curaçao. Het heeft een lichttoren, welks wachter met diens helper de eenige bewoners van het eilandje vormen. De phosphaatmijnen, welke eenmaal aanzienlijke winsten opleverden, zijn grootendeels uitgeput en worden niet meer bewerkt. H.Z.
Curaçao en onderhoorigheden, (gouvernement van)Let op: Spelling van 1914 is een der beide gouvernementen, waarin Nederlandsch West-Indië administratief wordt verdeeld. Dit gouvernement omvat de eilanden Curaçao, Aruba en Bonaire, behoorende tot de Eilanden onder den Wind, en St. Eustatius, Saba en de helft van St. Martin, die tot de Eilanden boven den Wind behooren (Zie
NOPALEA.
Curaçao-diepLet op: Spelling van 1914 Zie
KARAIBISCHE ZEE.
Curaçao-likeurLet op: Spelling van 1914 Zie
VRUCHTEN en
VRUCHTBOOMEN.
Curaçao'sche amandelLet op: Spelling van 1914 Zie
AARDNOOT.
Curaçao'sche appelLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
EUGENIA JAVANICA.