Soortenbank

Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401

Donkere parelmoervlinder
(Boloria improba) (Butler, 1877) Donkere parelmoervlinder -Beschrijving: - De donkere parelmoervlinder vliegt in het uiterste noorden van Europa op de open, grazige vlakten; vaak op flauwe hellingen die beschut liggen tegen de overheersende westenwinden. Op sommige plekken kan de soort talrijk voorkomen (honderden individuen bij elkaar). Voorafgaand aan de paring ve...

Donkere slakkenvreter
(Drilus concolor) donkere slakkenvreter Lengte mannetje 4-5 mm, vrouwtje 12-16 mm, mei-augustus. -Kenmerken- Beide seksen zeer verschillend (seksuele dimorfie). Mannetje zwart met gekamde voelsprieten en normaal ontwikkelde dekschilden en achtervleugels. Vliegt echter zelden. Vrouwtje veel zwaarder dan mannetje, larvivorm zonder dekschilden en achtervleugels en eenv...

Donkere waterjuffer
(Coenagrion armatum) Coenagrion armatum (Charpentier, 1840) Donkere waterjuffer -Omschrijving- [laatste larvale stadium] (naar Belyshev, 1973b; Heidemann & Seidenbusch, 1993; Lucas, 1930; Petersen, 1909) Lengte 21-23 mm (exuviae 14 mm), waarvan 6 mm voor de caudale lamellen [(fig. Carmatu4.tif), exuviae]. -Kop:- Prementum breed driehoekig, prementale setae 4 + 4 of...

Donkergroene basterdwederik
(Epilobium obscurum) -Donkergroene basterdwederik- RH. 0455 Volledige wetenschappelijke naam: Epilobium obscurum Schreb. Diagnostische kenmerken t.o.v. Epilobium tetragonum: Wortelstok verlengde uitlopers vormend, deze in een knop eindigend. Stengel gemakkelijk samendrukbaar.

Donkersporig bosviooltje
(Viola reichenbachiana) -Donkersporig bosviooltje - RH. 1386 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Viola reichenbachiana Boreau Diagnostische kenmerken t.o.v. Viola riviniana: Spoor diep paars, aan de top niet of nauwelijks knotsvormig, niet gegroefd. Kelkaanhangsels

Donkerstelige stuifbal
(Tulostoma melanocyclum) -Nederlandse naam:- Donkerstelige stuifbal -Beschrijving- Vruchtlichaam bol- tot appelvormig, Ø 10-20 mm, langgesteeld. Buitenzijde glad, perkamentachtig, lichtbruin of roodbruin tot crèmegelig, met een door een bruine, ringvormige zone omgeven, centrale,

Donsvlinder
(Euproctis similis) donsvlinder Spanwijdte vleugels 28-35 mm, juni-september -Kenmerken- Sneeuwwitte vlinder met een bos gele of gouden haren aan achterlijfspunt (372 4a g). -Voorkomen- Algemeen in beboste streken, bij hagen en grote parken. -Levenswijze- Rups zwart met rode lengtestrepen en witte vlekken leeft op meidoorn en vele andere soorten loofbomen en struiken ...

Donsvlinders
(Familie Lymantriidae) donsvlinders -Kenmerken- Donsvlinders zijn op grond van de vleugeladering (vaak reducties) moeilijk van de uilen (familie Noctuidae) te onderscheiden. Ze hebben echter geen roltong en zijn vaak donsachtig behaard. Vrouwtjes meestal veel groter dan mannetjes. Mannetjes met grote kamvormige voelsprieten. -Levenswijze- Rupsen opvallend behaard met vro...

Donsvoetbundelzwam
(Pholiota oedipus) -Nederlandse naam:- Donsvoetbundelzwam -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot licht gewelfd of vlak, Ø 1-4 cm, slijmerig, bruin of licht grijzig-gelig met een olijfgroene tint tot licht bruin of bleekokerkleurig, vochtig met een gestreepte rand. Lamellen w

Donsvoetjes
(Genus Tubaria) -Nederlandse naam:- Donsvoetjes Een kleine groep van hout, grof strooisel en humus verterende Plaatjeszwammen met gewelfde tot uitgespreide hoedjes, sommige met een donzige voet. Sporeekleur is okerkleurig. In Nederland komen 12 soorten Donsvoetjes voor.

Donzige beurszwam
(Volvariella hypopithys) -Nederlandse naam:- Donzige beurszwam -Beschrijving- Hoed klokvormig tot uitgespreid, Ø 2-7 cm, droog, glanzend, wittig, met een getande rand. Lamellen wit tot bleekroze. Steel 3-7 cm x 2-6 mm, donzig, wittig tot bleek isabelkleurig, met een witte of vaal

Donzige klit
(Arctium tomentosum) -Donzige klit- RH. 0087 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Arctium tomentosum Mill. Diagnostische kenmerken: Binnenste omwindselbladen lintvormig, aan de top 0,75-1 mm breed en afgeknot of zelden kort toegespitst. Hoofdjes tuilvormig gerangs

Donzige moerasbloem
(Limnanthes alba) -Donzige moerasbloem- BB. 5219 Volledige wetenschappelijke naam: Limnanthes alba Benth. Diagnostische kenmerken t.o.v. Limnanthes douglasii: Kroonbladen na de bloei weer rechtopstaand, wit. Kelkbladen aan beide zijden donzig behaard. Bladen aanvankelijk d

Doodshoofdvlinder
(Acherontia atropos) doodshoofdvlinder Spanwijdte vleugels 80-120 mm, mei-oktober -Kenmerken- Eén van de grootste vlinders van Europa. Genoemd naar de doodshoofdtekening op het borststuk (362 1f g). Voorvleugels donker bruinzwart met lichtbruine tekening, achtervleugels geel met 2 zwarte banden (362 1a g). -Voorkomen- Tropisch Afrika. Trekt meestal in kleine aan...

Dooiergele mestzwam
(Bolbitius vitellinus) -Nederlandse naam:- Dooiergele mestzwam -Beschrijving- Hoed kegel- tot klokvormig, dan vlak uitgespreid, met een diep gegroefde rand, Ø 1-4 cm, kleverig, doorschijnend, chromaat- of dooiergeel, tot grijsbruin verblekend. Lamellen dicht opeen, bleek geel t

doolhofnervatuur
Nervatuur-type waarbij het bladgroen alleen rond de nerven gerangschikt is waardoor tussen deze bladgroenloze gebiedjes ontstaan zijn.O.a. bij sommige Amaranthaceae, Chenopodiaceae.

Doolhofzwam
(Daedalea quercina) -Nederlandse naam:- Doolhofzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam één- tot meerjarig, hoef- tot halfrond consolevormig, 10-30 x 10-20 cm, 3-7 cm dik. Bovenzijde knobbelig-golvend, zwak concentrisch gezoneerd, viltig, licht- tot grijsbruin, met een scherpe rand

Doorgroeid fonteinkruid
(Potamogeton perfoliatus) -Doorgroeid fonteinkruid- RH. 0999 Volledige wetenschappelijke naam: Potamogeton perfoliatus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Potamogeton praelongus: Bladen rondachtig tot langwerpig eirond, met hartvormige voet stengelomvattend, de jonge bladen zeer fij

Doorgroeide boerenkers
(Thlaspi perfoliatum) -Doorgroeide boerenkers- RH. 1282 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Thlaspi perfoliatum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Thlaspi arvense: Plant blauwgroen. Stengel rolrond. Stengelbladen met hartvormige voet, gaaf of iets getand. Kroonblad

Doorgroeide kruidkers
(Lepidium perfoliatum) -Doorgroeide kruidkers- BB. 1703 Volledige wetenschappelijke naam: Lepidium perfoliatum L. Diagnostische kenmerken: Kroonbladen bleekgeel. Bovenste en onderste bladen sterk van elkaar verschillend, de stengelbladen rondachtig, gaaf, diep stengelomvattend

Doornappel
(Datura stramonium) -Doornappel- RH. 0393 Volledige wetenschappelijke naam: Datura stramonium L. Diagnostische kenmerken: Bladen gesteeld, eirond tot elliptisch, ongelijk bochtig getand, kaal. Bloemen alleenstaand. Bloemkroon 5-10 cm lang, wit, soms paars aangelopen. Doosvru

Doornsprinkhanen
(Familie Tetrigidae) doornsprinkhanen -Kenmerken- Doornsprinkhanen zijn tamelijk kleine sprinkhanen, waarbij het halsschild naar achteren toe spits in een soort doorn uitloopt. -Voorkomen- In Nederland en België komen ongeveer 5 soorten voor. -Behandelde taxa- Tetrix subulata (zeggedoorntje) Tetrix tenuicornis (kalkdoorntje) Tetrix undulata (gewoon doorntje)

Doornzaad
(Genus Torilis) -Doornzaad- Volledige wetenschappelijke naam: Torilis Adans. Opm. Kroonbladen rozeachtig wit. Omwindselblaadjes vele.

Doorwas
(Bupleurum rotundifolium) -Doorwas- BB. 1670 Volledige wetenschappelijke naam: Bupleurum rotundifolium L. Diagnostische kenmerken: Scherm met 4-10 stralen; omwindselblaadjes eirond tot lancetvormig. Vrucht glad, in vooraanzicht elliptisch, 3-3,5 mm lang, met slanke, weinig uitspri

Doorzichtig wasbekertje
(Orbilia sarraziniana) -Nederlandse naam:- Doorzichtig wasbekertje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam tol- tot vlak schotelvormig, Ø 0,3-0,8 mm. Binnenzijde grauwroze. Buitenzijde grauwroze, glazig doorschijnend. -Voorkomen- In groepen op dood loofhout. Zomer-herfst. Sapr

Doorzichtige zakpijp
(Ciona intestinalis) Ciona intestinalis (Linnaeus, 1767) -Nederlandse naam:- Doorschijnende zakpijp -Beschrijving:- Tamelijk langgerekte lichaamsvorm, tot 15 cm lengte. Doorschijnend, zachtgeel of -groen, soms een heel klein beetje roodachtig. Maakt een gelatineuze indruk. Een opvallend kenmerk is, dat de randen van de in- en uitstroomopening gegolfd (resp. 8 en 6 lobb...

doosvrucht
Ieder droge, meerzadige, openspringende vrucht. Alternatieven: doosvruchten

Dophei
(Genus Erica) -Dophei- Volledige wetenschappelijke naam: Erica L.

dor
Gebruikt om klimaten of habitats aan te duiden met een jaarlijkse neerslag van minder dan 250 mm en een spaarzame vegetatie. Alternatieven: droog

dorsaal
betreffende de rug- of de bovenzijde van een dier. Alternatieven: dorsale

dorsaal
Aan de rugzijde gelegen.

dorso-lateraal
aan de zijkant van de rugzijde.

dorso-ventraal
van de dorsale naar de ventrale zijde lopend.

dorso-ventraal
Zo afgeplat dat de hoogte veel geringer is dan de breedte.

dorsum
de bovenzijde of rugzijde van een dier.

dorsum
rug; op de rugzijde betrekking hebbend Alternatieven: dorsaal dorsale

Dotterbloem
(Genus Caltha) -Dotterbloem- Volledige wetenschappelijke naam: Caltha L.

Dougalls Stern
(Sterna dougallii) -Wetenschappelijke naam: - Sterna dougallii Montagu, 1813 -Nederlandse naam: - Dougalls Stern -Vogelgroep:- Sterns -Veldkenmerken.- 36 cm. Lijkt veel op Noordse Stern en Visdief. Heeft evenals deze lange snavel, korte poten, zwarte kopkap, lichtgrijze bov

Douglasspar
(Pseudotsuga menziesii) -Douglasspar - BB. 2259 Volledige wetenschappelijke naam: Pseudotsuga menziesii (Mirb.) Franco Diagnostische kenmerken: Bladen 2-3,5 cm lang, grotendeels in 1 vlak geplaatst, spits, van onderen zonder witte strepen, bij kneuzing met een frisse (sinaas-)ap

Douglasspirea
(Spiraea douglasii) -Douglasspirea - BB. 1891 Volledige wetenschappelijke naam: Spiraea douglasii Hook. Diagnostische kenmerken t.o.v. Spiraea salicifolia: Bloemen donkerroze. Kelkbladen na de bloei teruggeslagen. Honingring afwezig. Bladen alleen in de bovenste helft getand

Dovenetel
(Genus Lamium) -Dovenetel- Volledige wetenschappelijke naam: Lamium L.

Draadereprijs
(Veronica filiformis) -Draadereprijs- RH. 1896 Volledige wetenschappelijke naam: Veronica filiformis Sm. Diagnostische kenmerken t.o.v. Veronica persica: Plant overblijvend, op de meeste knopen wortelend. Bladen rond-niervormig, 5-10 mm lang, gekarteld, bladsteel 1-2 mm lang.

Draadgentiaan
(Cicendia filiformis) -Draadgentiaan- RH. 0324 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Cicendia filiformis (L.) Delarbre Diagnostische kenmerken: Stengel zeer dun. Bladen langwerpig tot lijnvormig. Bloemen alleenstaand of in gevorkte bijschermen, lang gesteeld. Kelk 4

Draadgierst
(Panicum capillare) -Draadgierst- BB. 1715 Volledige wetenschappelijke naam: Panicum capillare L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Panicum miliaceum: Aartjes 2-2,5 mm lang. Bloeiwijze meer dan 0,3 zo lang als de rest van de plant, rechtopstaand, met recht afstaande takken. 0,1

Draadklaver
(Trifolium micranthum) -Draadklaver - RH. 1303 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Trifolium micranthum Viv. Diagnostische kenmerken t.o.v. Trifolium dubium: Bloemstelen even lang als of langer dan de kelkbuis. Steeltjes der 3 blaadjes zeer kort en ongeveer gelijk

Draadrus
(Juncus filiformis) -Draadrus- RH. 0681 Volledige wetenschappelijke naam: Juncus filiformis L. Diagnostische kenmerken: Stengel minder dan 2 maal zo lang als het onderste schutblad van de bloeiwijze, of korter, hoogstens 1 mm breed. Bloeiwijze (1-)5-8(-12)-bloemig. Wortelsto

Draadzegge
(Carex lasiocarpa) -Draadzegge- RH. 0239 Volledige wetenschappelijke naam: Carex lasiocarpa Ehrh. Diagnostische kenmerken: Bladscheden met talrijke, opvallende dwarsnerven. Urntjes 4-5 mm lang, de snavel met ca. 1 mm lange, aan binnen- en buitenzijde ruwe tanden. Bladen (en

Draadzwenkgras
(Festuca heterophylla) -Draadzwenkgras- BB. 0516 Volledige wetenschappelijke naam: Festuca heterophylla Lam. Diagnostische kenmerken: Vrucht en vruchtbeginsel aan de top behaard (loep!). Onderste bladen borstelvormig ineengevouwen, 0,3-0,5 mm breed, op doorsnede scherp 3-kantig

Draaigatje
(Tapinoma erraticum) draaigatje Lengte 2-6 mm, januari-december. -Kenmerken- Het zwarte draaigatje behoort tot de geurmieren. Kenmerkend is het sterk, tot een schubje, gereduceerde segment na de achterlijfssteel. De aanhechting van de achterlijfssteel is naar de onderkant verschoven. Het achterlijf is breed en vlak. -Voorkomen- Vooral op zeer open, warme, droge graslan...

Draaihals
(Jynx torquilla) -Wetenschappelijke naam: - Jynx torquilla Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Draaihals -Vogelgroep:- Spechten -Veldkenmerken.- 17 cm. Middelmatig grote vogel, lijkt niet op een specht. Kleuren en tekening lijken op die van Nachtzwaluw. Hoofdzakelijk brui

Dragon
(Artemisia dracunculus) -Dragon- BB. 5019 Volledige wetenschappelijke naam: Artemisia dracunculus L. Diagnostische kenmerken: Bladen alle ongedeeld of de onderste met 3-spletige top, de overige lancetvormig tot lijnvormig, gaafrandig of zwak getand. Stengel en bladen kaal. Hoofd

Dravik
(Genus Bromus) -Dravik- Volledige wetenschappelijke naam: Bromus L. Opm. Eenmaal (1883) is in het Heuvelland district gevonden -Bromus bromoideus- (Lej.) Crep. - -Ardense dravik- - BB. 1421 [Atlas van de Nederlandse Flora 1: 59 - Bromus ardennuensis Dum.] bromus_b.jpg

Drepanepteryx phalaenoides
Spanwijdte vleugels 22-32 mm, januari-december -Kenmerken- Deze soort behoort tot de zogenaamde bruine gaasvliegen (familie Hemerobiidae) en kan onmiddellijk worden herkend aan de toegespitste, sterk hoekige vleugeltoppen. -Voorkomen- In open bossen met veel ondergroei. Niet zeldzaam -Levenswijze- Met de eigenaardige, uitgesneden vleugels is het di...

Dreps
(Bromus secalinus) -Dreps- RH. 0164 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Bromus secalinus L. Diagnostische kenmerken: Bladscheden kaal (of die van de eerstgevormde bladen spaarzaam behaard), met tamelijk ver uiteengeplaatste nerven, de onderste oranjebruin. [t]L

Drie-urenbloem
(Hibiscus trionum) -Drie-urenbloem - BB. 1694 Volledige wetenschappelijke naam: Hibiscus trionum L. Diagnostische kenmerken: Kruidachtige plant. Onderste bladen bijna cirkelrond, iets 3-5-lobbig, de bovenste 3-5-delig, met langwerpige, gelobde slippen. Bijkelk 11-13-delig.

Driebloemige nachtschade
(Solanum triflorum) -Driebloemige nachtschade- RH. 1220 Volledige wetenschappelijke naam: Solanum triflorum Nutt. Diagnostische kenmerken: Bladen veerspletig tot -delig. Bes 1-1,5 cm in doorsnede, met vele, ca. 1 mm grote steencelkorrels, groen. Stengels liggend tot opstijge

Driedelige ambrosia
(Ambrosia trifida) -Driedelige ambrosia- BB. 1655 Volledige wetenschappelijke naam: Ambrosia trifida L. Diagnostische kenmerken: Bladen 3(-5) spletig met meer dan 1 cm brede slippen; bovenste bladen soms ongedeeld, zelden alle bladen ongedeeld. 0,80-1,50. Aug.-okt. Therofyt

Driedelige waterranonkel
(Ranunculus tripartitus) -Driedelige waterranonkel- RH. 1059 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Ranunculus tripartitus DC. Diagnostische kenmerken t.o.v. Ranunculus aquatilis var. diffusus: Plant met drijvende bladen, deze in omtrek niervormig, 3-spletig, tot 4 cm b

Driedistel
(Carlina vulgaris) -Driedistel- RH. 0269 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Carlina vulgaris L. Diagnostische kenmerken: Stengel rechtopstaand, meestal met een klein aantal hoofdjes. Bladen lancetvormig, bochtige stekelig getand, van onderen meestal iets vilti

Driedoornige stekelbaars
(Gasterosteus aculeatus) Gasterosteus aculeatus Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam:- Driedoornige stekelbaars -Beschrijving:- Dit bijzondere visje heeft een lengte meestal niet meer dan 7 cm, hoewel 12 cm lange visjes gevonden zijn. De vrouwtjes worden groter dan de mannetjes. Langwerpig, met op de rug drie stekels, die eigenlijk de resten van de eerste rugvin vormen. -Kleur...

driehoekje
een driehoekig gedeelte van de vleugel, dicht bij de basis, bij libellen; al dan niet verdeeld in kleinere cellen. Alternatieven: driehoek

Driehoeksvaren
(Genus Gymnocarpium) -Driehoeksvaren- Volledige wetenschappelijke naam: Gymnocarpium Newman Opm. Bladen in omtrek driehoekig, afnemend 3-voudig geveerd.

Driehoornig walstro
(Galium tricornutum) -Driehoornig walstro- RH. 0555 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Galium tricornutum Dandy Diagnostische kenmerken t.o.v. Galium aparine: Bijschermen korter dan de bladen. Vruchtstelen teruggebogen. Vrucht kaal, met spitse wratten bezet. 0,1

Driehoornmestkever
(Typhaeus typhoeus) driehoornmestkever Lengte 12-20 mm, februari-mei. -Kenmerken- Het mannetje (174 3 g) met op het halsschild 3 naar voren gerichte hoorns. Vrouwtje met kleinere uitstekels. -Voorkomen- In open, zandige terreinen en op de heide; plaatselijk algemeen op konijnen- en schapenmest. -Levenswijze- Deze mestkever graaft een tot 1,5 m. Diepe gang in de grond ...

Driekantig look
(Allium triquetrum) -Driekantig look- BB. 5009 Volledige wetenschappelijke naam: Allium triquetrum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Allium paradoxum: Plant met 2-5 bladen. Bloeiwijze met 3-15 bloemen, zonder bolletjes. Bloemdekbladen 10-18 mm lang, wit, met duidelijke groen

Driekantige bies
(Schoenoplectus triqueter) -Driekantige bies - RH. 1162 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Schoenoplectus triqueter (L.) Diagnostische kenmerken t.o.v. Schoenoplectus pungens: Aren in een tuilvormige bloeiwijze met kortere en langere takken, soms in een hoofdje. Meest

Driekantige kokerworm
(Pomatoceros triqueter) Pomatoceros triqueter (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam:- Driekantige kokerworm -Beschrijving:- Deze worm wordt niet langer dan ongeveer 2,5 cm. Op de kop zitten twee kieuwen en die hebben elk 18-20 korte draden. Bovendien zijn die draden aan de basis met elkaar verbonden door een soort vlies. De tentakels - de soort heeft een karakteristieke dubb...

Driekleurig viooltje
(Viola tricolor) -Driekleurig viooltje - RH. 1390 Volledige wetenschappelijke naam: Viola tricolor L. Diagnostische kenmerken: Plant een-(of soms twee-)jarig, zonder uitlopers of ontwikkelde wortelstok. Spoor hoogstens 1 mm langer dan de kelkaanhangsels. Bovenste kroonbla

Drienerfmuur
(Moehringia trinervia) -Drienerfmuur - RH. 0830 Volledige wetenschappelijke naam: Moehringia trinervia (L.) Clairv. Diagnostische kenmerken: Stengel liggend of opstijgend, rondom behaard. Bladen eirond, spits, 3(-5)-nervig, de onderste gesteeld. Kelkbladen lancetvormig, spits.

Drienervige zegge
(Carex trinervis) -Drienervige zegge - RH. 0266 Volledige wetenschappelijke naam: Carex trinervis Degl. Diagnostische kenmerken t.o.v. Carex aquatilis: Bladen 1,5-2(-3) mm breed, gootvormig of samengevouwen, stijf, vaak met stekende top. Urntjes 3,5-5 mm lang, duidelijk ge

Driepuntsgarnaaltje
(Pontophilus trispinosus) Pontophilus trispinosus Hailstone, 1835 -Nederlandse naam:- Driepuntsgarnaaltje -Beschrijving:- Een echte garnaal, en wel een mooie. Hij wordt bijna 3 cm lang, maar je vindt hem meestal met afmetingen tussen 1,5 en 2,5 cm. De carapax heeft een stekel in het midden en twee ernaast (dat zegt de naam: trispinosus). Het rostrum is aan de voorkant afger...

Drietallig glaskroos
(Elatine triandra) -Drietallig glaskroos - RH. 0434 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Elatine triandra Schkuhr Diagnostische kenmerken t.o.v. Elatine hexandra: Bloemen zittend. Kelk 2(of 3-) delig. Meeldraden 3. 0,02-0,15. Juni-nov. Hydrofyt, Therofyt. Standp

Drietand
(Acronicta tridens) drietand Spanwijdte vleugels 30-40 mm, mei-september -Kenmerken- Voorvleugels grijsbruin met dikwijls 2 zwarte, pijlvormige strepen. -Voorkomen- Algemeen in bomenlanen, stadsparken en tuinen. -Levenswijze- De zeer bont gekleurde rups (350 1b g) is in tegenstelling tot de meeste uilenrupsen lang behaard en heeft op het eerste achterlijfssegment een ...

Drieteenmeeuw
(Rissa tridactyla) -Wetenschappelijke naam: - Rissa tridactyla (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Drieteenmeeuw -Vogelgroep:- Meeuwen -Veldkenmerken.- 39 cm. Middelgrote meeuw met korte poten en lange vleugels; makkelijk herkenbaar door combinatie van korte, zwarte poten

Drieteenspecht
(Picoides tridactylus) -Wetenschappelijke naam: - Picoides tridactylus (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Drieteenspecht -Vogelgroep:- Spechten -Veldkenmerken.- 22 cm. Iets kleiner dan Grote Bonte Specht. Heeft geen rood in verenkleed. Kruin van mannetje geel, van vrouwtje g

Drieteenstrandloper
(Calidris alba) -Wetenschappelijke naam: - Calidris alba (Pallas, 1764) -Nederlandse naam: - Drieteenstrandloper -Vogelgroep:- Strandlopers -Veldkenmerken.- 20 cm. Kop en bovendelen kastanjebruin met zwarte strepen, borst kastanjebruin met donkere vlekjes; rest van onder

drijftil
Een drijvend eilandje ontstaan uit samengegroeide en deels halfvergane planten in veenplassen. Alternatieven: drijftillen

Drijvend fonteinkruid
(Potamogeton natans) -Drijvend fonteinkruid- RH. 0995 Volledige wetenschappelijke naam: Potamogeton natans L. Diagnostische kenmerken: Drijvende bladen aan de top van de bladsteel met 2 zijdelingse indeukingen en daar geplooid. Bladsteel aan de top met een 1-2 cm lang lichter

Drijvende egelskop
(Sparganium angustifolium) -Drijvende egelskop - RH. 1228 Volledige wetenschappelijke naam: Sparganium angustifolium Michx. Diagnostische kenmerken t.o.v. Sparganium emersum: Stempel ca. 1 mm lang. Mannelijke hoofdjes 2 of 3(-5), dicht opeen, vaak als het ware 1 hoofdje vormend. He

Drijvende waterweegbree
(Luronium natans) -Drijvende waterweegbree - RH. 0765 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Luronium natans (L.) Rafin. Diagnostische kenmerken: Stengel bebladerd, in het water zwevend, zeldzamer in het slib kruipend. Wortelbladen, soms alle bladen, lijnvormig,

Droogbloeier
(Colchicum byzantinum) -Droogbloeier- BB. 5235 Volledige wetenschappelijke naam: Colchicum byzantinum Ker Gawl. Diagnostische kenmerken t.o.v. Colchicum autumnale: Bloemen 5-20 per knol. Bladen tot 10 cm breed, in de lengte geplooid. Stempels helder paarsrood. Wel vrucht maar n

Droogbloem
(Genus Gnaphalium) -Droogbloem- Volledige wetenschappelijke naam: Gnaphalium L. Opm. Bloemhoofdjesbodem zonder stroschubben. Pappus uit afvallende haren bestaand. Buisbloemen geelachtig Wit of oranje.

Druifhyacint
(Genus Muscari) -Druifhyacint- Volledige wetenschappelijke naam: Muscari Mill.

Druifkruid
(Chenopodium botrys) -Druifkruid - RH. 5174 Volledige wetenschappelijke naam: Chenopodium botrys L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Chenopodium pumilio: Stengel rechtopstaand. Bloemkluwens veel langer dan breed. Bladen onregelmatig bochtig gelobd, aan de onderzijde alleen met

Druipzakpijp
(Didemnum lahillei) Didemnum lahillei Hartmeyer, 1909 -Nederlandse naam:- Druipzakpijp -Beschrijving:- Kolonievormende zakpijp. De individuen zitten in een verbindende massa en zijn slechts 1 tot enkele mm groot. Deze soort behoort tot een groep die overal over heen groeit. Vooral over ander organismen. Hij is pas sinds 1991 in Nederland gesignaleerd, maar bedekt nu a...

Dubbelgangerbundelzwam
(Pholiota limonella) -Nederlandse naam:- Dubbelgangerbundelzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd tot uitgespreid met een klein bultje in het wat verdiepte centrum, Ø 2-14 cm, slijmerig-glanzend, helder dooiergeel met een licht oranjebruin centrum, met oranjebruine spitsdriehoekige

Dubbelkelk
(Picris echioides) -Dubbelkelk- RH. 0937 Volledige wetenschappelijke naam: Picris echioides L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Picris hieracioides: Buitenste 3-5 omwindselbladen breed en bijna bladachtig, rechtopstaand; binnenste omwindselbladen lijnvormig. Nootjes lang gesn

Dubbelkelkwinde
(Genus Calystegia) -Dubbelkelkwinde- Volledige wetenschappelijke naam: Calystegia R.Br.

Dubbelloof
(Blechnum spicant) -Dubbelloof- RH. 0146 Volledige wetenschappelijke naam: Blechnum spicant L. Diagnostische kenmerken: Onvruchtbare bladen overhangend, in omtrek lijnlancetvormig; segmenten lancetvormig, zittend, ongeveer gaafrandig. Vruchtbare bladen rechtopstaand, de seg

Dubbellooffamilie
(Familie Blechnaceae) -Dubbellooffamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Blechnaceae Aardvarens met korte, rechtopstaande, beschubde wortelstok. Bladen in bundels, ongeleed met de wortelstok, enkel geveerd of veerdelig, leerachtig; de vruchtbare van de onvruchtbare verschil

Dubbeloog
(Ypthima asterope) (Klug, 1832) Dubbeloog -Beschrijving: - De dubbeloog komt voor bij lage struikvegetaties, op rotsachtige terreinen met een lage begroeiing en in droge rivierbeddingen. Als waardplant worden grassen gebruikt. De soort heeft op Cyprus twee generaties per jaar (hoofdvliegtijd: april en september-oktober), op de Griekse eilanden vliegt de dubbeloog mog...

Dubbelstipparelmoervlinder
(Brenthis hecate) (Denis and Schiffermüller, 1775) Dubbelstipparelmoervlinder -Beschrijving: - De dubbelstipparelmoervlinder kan worden gevonden in bloemrijke graslanden, vaak in graslanden die in de beschutting van bosranden liggen of in graslanden met verspreide struiken. De belangrijkste waardplant is Filipendula ulmaria (moerasspirea); voor Spanje worden Do...

Duifkruid
(Scabiosa columbaria) -Duifkruid- RH. 1147 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Scabiosa columbaria L. Diagnostische kenmerken: Zoom van het bijzonder omwindsel breed, uitstaand, vliezig. Bloemen roodachtig lila, zelden wit, in 1,5-3,5 cm brede hoofdjes. Onderste b

duin
Een hoge richel van los zand, door wind (en vaak ook water) gevormd en met name langs zandige kusten aanwezig. Alternatieven: duinen

Duinaveruit
(Artemisia campestris subsp. maritima) -Duinaveruit- RH. 0099 Volledige wetenschappelijke naam: Artemisia campestris subsp. maritima Arcang. Zie soort: Artemisia campestris Diagnostische kenmerken: Bladslippen vlezig, van onderen niet gekield, vaak vrij lang met grijze beharing. Hoofdjes 3-6 m

Duindistrict
De twee districten die samen de duindistricten vormen, hebben tal van kenmerkende soorten gemeen. De zone van strand en slikken, tot aan de kruin van zeereep of zeedijk, wordt thans echter tot het Maritiem district gerekend. Het Renodunaal en Waddendistrict verschillen vooral in het kalkgehalte van het zand: in het Waddendistrict (relatief) kalkarm...

Duindoorn
(Hippophae rhamnoides) -Duindoorn- RH. 0629 Volledige wetenschappelijke naam: Hippophae rhamnoides L. Diagnostische kenmerken: Tweehuizige, doornige struik. Bladen lijnlancetvormig, kort gesteeld, van boven met enkele sterharen, van onderen wit- of grijs beschubd. Bloemen klein

Duindoornfamilie
(Familie Elaeagnaceae) -Duindoornfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Elaeagnaceae Heesters of bomen, vaak met zilverglanzende schubben of sterharen, tweehuizig of bloemen tweeslachtig. Bladen meestal verspreid, enkelvoudig, zonder steunblaadjes. Kelkbladen 2 of 4, op de

Duindoornvuurzwam
(Phellinus hippophaecola) -Nederlandse naam:- Duindoornvuurzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam meerjarig, hard, hoef- tot consolevormig, 3-6 x 2-4 cm, 2-4 cm dik. Bovenzijde fluwelig tot kaal, geel- tot roestbruin, vaak groen door algen, met een scherpe, roestbruine rand. Met meerde

Duinfranjehoed
(Psathyrella ammophila) -Nederlandse naam:- Duinfranjehoed -Beschrijving- Hoed gewelfd tot uitgespreid, Ø 3-5 cm, vezelig, mat, okerbruin tot vuil grijsbruin. Lamellen donkerbruin. Steel 5-8 cm x 3-5 mm, wittig tot gelig-bruin, diep in het zand wortelend. Vlees wittig-bruinig. -