PregnantEen geval waarbij aan een bepaald woord meer betekenis wordt gehecht dan gewoonlijk het geval is.
Bijvoorbeeld: `gebruiken` in de zin van `drugsgebruik`
PremisseEen uitspraak waarvanuit verder kan worden geredeneerd om tot een conclusie te komen
Prepositie(Prepositie, praepositio) Een voorzetsel
PrescriptiefNormatief; met betrekking tot de grammatica regels voorschrijven in plaats van beschrijven
PresensDe (onvoltooid) tegenwoordige tijd
Presens historicumDe presens die wordt gebruikt om feiten uit het verleden te verhalen.
Bijvoorbeeld: `we hadden het net over hem gehad, zie ik hem gisteren ook nog lopen`
PresuppositieEen propositie die logisch aan een andere voorafgaat, daarin geïmpliceerd is en in de tweede propositie aanwezige elementen als waar of bewezen veronderstelt
PreteritieDe benadrukking door verzwijging Vergelijk apofasis, paralepsis en pretermissie (zie hieronder)
Preterito-presensEen werkwoord met een `opgeschoven` verleden tijd, dat wil zeggen, een werkwoord waarvan het tegenwoordige presens oorspronkelijk een sterk preteritum (zie hieronder) was
PreteritumDe verleden tijd in talen die geen formeel onderscheid maken tussen bijvoorbeeld imperfectum en perfectum.
Bijvoorbeeld: Nederlands
PretermissieHet stijlmiddel waarbij men juist dat aan de toehoorder of lezer onthult, wat men voor hem schijnt te willen verbergen Vergelijk apofasis, paralepsis en preteritie (zie hierboven)
PreverbaalHet gezegde van een adjectief dat ouder is dan het erbij behorende werkwoord
PriamelEen kort epigrammatisch gedicht waarin een aantal parallelle begrippen onder een relatie worden gebracht Ze werd vooral toegepast in de twaalfde tot de zestiende eeuw De spanning werd in de eerste regels opgebouwd en afgebroken met een verrassende zinswending Afgeleid van het Latijnse praeambulum (inleiding)
PriapeeEen priapisch, erotisch gedicht Afgeleid van de god Priapus, de god van de vruchtbaarheid
Priapeïsche versmaatEen klassieke versmaat bestaande uit een glyconeus en een pherecrateus, gescheiden door een diëresis
PrinceDe opdracht van een rederijkersrefrein (2), overeenkomend met L`envoi Deze slotstrofe werd zo genoemd, omdat hij tot de vorst gericht werd
PrivatiefOntkennend.
Bijvoorbeeld: `-loos` is een privatief suffix
ProcatalepsisZie prokathalesis
ProcatasceueHet voorbereiden van de toehoorders op het mededelen van de (mis)daden die iemand heeft gepleegd
ProchronismeHet plaatsen van een gebeurtenis eerder dan de feitelijke datum, vorm van anachronisme Vergelijk anticipatie.
Antoniem: parachronisme Proclesis
Zie proklesis (hieronder)
ProcleusmaticusEen versvoet met vier korte lettergrepen: U U U U
Proclise(Proclise, Procliticos, Procliticum) Het zwakbetoond aanleunen tegen het volgende woord Vergelijk enclise.
Bijvoorbeeld: ``t is`, waarbij ``t` een verkorte vorm van `het` is
Procliticos(Proclise, Procliticos, Procliticum) Het zwakbetoond aanleunen tegen het volgende woord Vergelijk enclise.
Bijvoorbeeld: ``t is`, waarbij ``t` een verkorte vorm van `het` is
ProcopeEen uitstoting van een vocaal of consonant vóór in een woord.
Antoniem: prothesis 1
ProdiorthosisEen voorafgaande correctie op wat men wil gaan zeggen
ProductiefDe eigenschap van affixen die met zeer veel woorden te combineren zijn.
Bijvoorbeeld: `-baar`
ProëcthesisIemands daden of uitspraken verdedigen
ProëmiumEen inleiding; de proloog
ProfeteumaEen profetische uitspraak
PrognosticatieEen profetie; een voorspelling
ProgressiefEen werkwoord dat een voortdurende handeling aanduidt Ook duratief genoemd
Progressieve assimilatieDe assimilatie waarbij de volgende consonant met een voorgaande assimileert.
Bijvoorbeeld: `korrel` uit `kornel`.
Antoniem: regressieve assimilatie
ProgressioMet stappen van vergelijking redeneren
Prohusteron(Proteron Husteron, Prohusteron) De stijlfiguur waarbij de dichter de feiten niet in chronologische volgorde vermeld, maar in volgorde van belangrijkheid (de psychologische volgorde)
ProkathalesisDe poging om een tegenwerping te voorkomen en van tevoren te ontzenuwen Ook procatalepsis genoemd
ProklesisEen heftige oproep tot actie tijdens een rede
ProlegomenaDe inleiding; een voorwoord
ProlepseEen oordeel dat aan de opbouw van de wetenschap ten grondslag ligt
ProlepsisAfgeleid van het Griekse lambano (nemen).
PrologosHet eerste deel van de klassieke tragedie: het deel vóór de intocht van het koor, een monoloog of dialoog, die een functie had als het hedendaagse programmaboekje De prologos verstrekte alle gegevens, inlichtingen en verhaal van gebeurtenissen, die vóór de aanvang van het stuk verondersteld waren te zijn gebeurd Aldus kon de toeschouwer zich over de retroacta of nieuwe toestanden een idee vormen en het eigenlijke drama beter volgen Dit gedeelte van de tragedie werd ook expositio genoemd In een goed stuk werd ook aan dit gedeelte de juiste aandacht gegeven, zodat het volledig en duidelijk zou zijn
ProloogHet voorwoord; de inleiding.
Antoniem: epiloog
PromythiumEen zedenles aan het begin van een fabel of exemplum Vergelijk epimythium
PronomenEen voornaamwoord.
We onderscheiden: Pronomen correlativum
Een onderling betrekkelijk voornaamwoord Zie bij correlativa.
Pronomen demonstrativum
Een aanwijzend voornaamwoord.
Pronomen determinativum
Een bepalend voornaamwoord; een verwijzend voornaamwoord.
Pronomen indefinitum
Een onbepaald voornaamwoord.
Pronomen interrogativum
Een vragend voornaamwoord.
Pronomen personale
Een persoonlijk voornaamwoord.
Pronomen possessivum
Een bezittelijk voornaamwoord In het Latijn wordt suus uitsluitend gebruikt wanneer het reflexief is.
Bijvoorbeeld: `Fratrem suum videt` (Hij ziet zijn eigen broer).
Pronomen reciprocum
Een wederkerig voornaamwoord.
Bijvoorbeeld: `elkaar`.
Pronomen reflexivum
Een wederkerend voornaamwoord.
Bijvoorbeeld: `mijzelf`, `zichzelf`.
Pronomen relativum
Een betrekkelijk voornaamwoord
PronominerenHet identificeren zonder te specificeren (vorm van synecdoche)
PronominumEen zelfstandig of bepalend voornaamwoord
PronunciatieHet uitspreken van een rede met de gepaste intonatie en gebaren Ook actio genoemd Zie bij stijldeugden
ProparalepsisZie bij
paragoge
ProparoxytononEen woord met de acutus (`) op de derde lettergreep van achteren
PropemptikonEen gedicht waarin men aan een afreizende vriend of geliefde het allerbeste toewenst Vergelijk apopemptikon.
Bijvoorbeeld: Oden, I, 3 van Horatius
PropositieHet noemen van het onderwerp in de eerste dichtregel.
Zie partitie
PropulsiefDe drang tot verder lezen, die wordt opgewekt door: het beantwoorden van een in het bewustzijn van de lezer opgeworpen, maar nog niet uitgesproken vraag of het tegenover elkaar stellen van (schijnbaar) paradoxale mededelingen
ProsapodosisHet ondersteunen van elk alternatief met een reden
ProsodieDe leer van het gebruik van de woorden en lettergrepen in de versbouw van een taal, waarbij de nadruk ligt op de maat en het ritme Vergelijk metriek
ProsopografieDe beschrijving van denkbeeldige personen of lichamen
ProsopopoeiaDe personificatie (zie antropomorfiseren)
Prospectief aspectEen actie-moment wijst vooruit naar een bepaald punt in het verdere verloop van de handeling
ProtagonistDe hoofdacteur in een tragedie In de praktijk was dit de door Thespis gentroduceerde hypokritès.
Antoniem: antagonist
ProtasisEen voorwaardelijke bijzin Zie bij apodosis.
De inleiding van een Griekse tragedie
Proteron Husteron(Proteron Husteron, Prohusteron) De stijlfiguur waarbij de dichter de feiten niet in chronologische volgorde vermeld, maar in volgorde van belangrijkheid (de psychologische volgorde)
ProthesisEen toevoeging van een letter of lettergreep aan het begin van een woord Een vorm van adiectio Vergelijk epenthesis, paragoge en proparalepsis.
Bijvoorbeeld: het Franse `esprit` voor `geest` komt van het Latijnse `spiritus` In het Nederlands kennen wij `tachtig` bij `acht`, waarbij de `t` een prothesis is.
Antoniem: procope.
De aankondiging van de te behandelen stof
ProthysteronZie bij
hysterologie
ProtonischOnmiddellijk voorafgaand aan de beklemtoonde lettergreep
ProtropeHet aansporen van de toehoorders door dreigingen en beloftes
ProverbiumEen spreekwoord
ProvincialismeEen gewestelijke uitdrukking
ProzaDe niet aan versregels gebonden schrijfstijl
ProzeugmaEen vorm van zeugma waarbij een werkwoord in de middelste zinsnede staat
Psychologische romanHet episch genre waarbij de schrijver meer nadruk legt op de zielkundige toestand van de hoofdpersoon, dan op de gebeurtenissen Vooral in de negentiende eeuw kwam deze literatuurvorm naar voren Vergelijk ontwikkelingsroman.
Bijvoorbeeld: Madame Bovary (1857) van Gustave Flaubert, Eline Vere (1889) van Louis Couperus, en De koperen tuin (1950) van S Vestdijk
PseudoniemEen gefingeerde schrijversnaam
PseudomenosEen argument dat iemands tegenstander dwingt tot liegen
Pulmonaire klankenDe klanken die worden gevormd met lucht uit de longen
PunctuerenDe interpunctie aanbrengen, in het bijzonder bij Hebreeuwse geschriften
PuritasHet gebruik van duidelijke en correcte taal Ook perspicuitas genoemd Een onderdeel van de elocutie
PuntdichtZie bij
epigram
PurismeHet streven de taal te zuiveren van vreemde woorden en uitdrukkingen
PyrrhichiusDe klassieke versvoet: U U Ook dibrachys genoemd
PysmaHet stellen van veel vragen die verschillende antwoorden vereisen
Pythiambische versmaatEen klassieke versmaat bestaande uit een dactylische hexameter en een jambische trimeter.
Bijvoorbeeld: Epoden, 16 van Horatius
QuadrisyllabelEen vierlettergrepig woord
Quaestio finitaZie bij
hypothesis
Quaestio infinitaZie thesis 2
Quantitatief versZie kwantitatief vers
QuatorzainEen veertienregelig gedicht; een onregelmatig sonnet
QuatrijnEen vierregelige strofe Ze kan gepaard (aabb), omarmend (abba) of gekruist rijm (abab) hebben
Ratuur(Rasuur, Ratuur) Een uitgekrabde of uitgesleten plaats in een handschrift
Rasuur(Rasuur, Ratuur) Een uitgekrabde of uitgesleten plaats in een handschrift
RatelklankDe `r`
RatiocinatioEen vraag die door de spreker aan zichzelf wordt gesteld Vergelijk anthypofora en hypofoor
RapsodieEen verzameling van (dicht)stukken waarin wel één geest en één strekking is, maar die niet in dadelijk verband tot elkaar staan
RapiarisEen verzameling bijeengelezen sententies Afgeleid van het Latijnse rapere (snel grijpen)
RangtelwoordEen telwoord dat de rang- of volgorde aanduidt Ook ordinale genoemd.
Bijvoorbeeld: `eerste`
RadicaalUit wortels bestaand
RangtaalEen taalvorm die binnen een bepaalde taalgemeenschap dient ter aanduiding van de sociale status.
Bijvoorbeeld: Hoog- en Laagjavaans
RaamvertellingEen novelle, opgenomen in een groter geheel Ook kadervertelling genoemd.
Bijvoorbeeld: Decamerone van Boccaccio (14e eeuw), waarin tientallen kleinere verhaaltjes vertellen hoe afzonderlijke personen de pest-epidemie, die in Florence heerste, ontvluchtten
RecursiefRepeterend; onbeperkt herhalend toepasbaar
Redekundige ontledingDe onderscheiding van de zinsdelen in onderwerp, gezegde, soorten van bepalingen, etc Vergelijk taalkundige ontleding
RecensieDe vaststelling van de overlevering van een tekst; de keuze daaruit van een kritische tekst en die tekst zelf Afgeleid van het Latijnse recensio (keuring, schatting)
RecitatiefHet zingend spreken
ReciterenDeclameren; opzeggen
RectieZie bij
regering