Superlatief(Superlatief, Superlativus) De overtreffende trap Vergelijk met positief, comparatief en elatief.
Bijvoorbeeld: `grootst`, `langst`.
In het Latijn heeft deze trap twee betekenissen: `het langst` en `zeer lang`
Superlativus(Superlatief, Superlativus) De overtreffende trap Vergelijk met positief, comparatief en elatief.
Bijvoorbeeld: `grootst`, `langst`.
In het Latijn heeft deze trap twee betekenissen: `het langst` en `zeer lang`
SuperstraatDe (taalkundige) bovenlaag
SupinumDe Latijnse nominale werkwoordsvorm, vooral gebruikelijk bij werkwoorden van beweging om het doel van de beweging aan te duiden Afgeleid van het Latijnse supinum (achterovergebogen).
Bijvoorbeeld: `cubitum ire` (gaan slapen)
SuppletieEen toevoeging; een aanvulling.
Het verschijnsel van onregelmatige vormen
Bijvoorbeeld: de comparatief van `goed` is niet `goeder`, maar `beter`
SupplicatieEen verzoekschrift
SuppressieZie detractie 2
SurrealismeDe richting in de literatuur (en andere kunstvormen) die van het denkbeeld uitgaat dat de dingen niet zijn wat zij schijnen, maar een bovenverstandelijke betekenis hebben Om deze (onbewuste) verbanden op te roepen combineert men voorwerpen of woorden zonder (waarneembaar) onderling verband
SvarabhaktivocaalEen vocaal die niet geschreven, maar wel uitgesproken wordt.
Bijvoorbeeld: in `wilg` (uitgesproken als: willüg) is de `ü` een svarabhaktivocaal
SyllogismeEen sluitrede; het trekken van een conclusie uit twee oordelen Het is een deductieve manier van bewijsvoering.
Bijvoorbeeld: `mensen zijn sterfelijk` (de major term), `een koning is een mens` (de minor term), dus: `een koning is sterfelijk.`
Een aanduiding; zinspelen op iets
SynchoresisDe spreker geeft degenen die hem ondervragen toestemming hem te beoordelen
Synchrone verklaringEen verklaring die is gebaseerd op gegevens betreffende de taalstudie die de bouw van een taal op een bepaald ogenblik van haar bestaan bestudeert, zonder rekening te houden met de ontwikkeling van de taalverschijnselen in de loop der tijden.
Antoniem: diachrone verklaring
SygkysisEen onduidelijke hyperbatos
SygnomeHet vergeven van onrecht tijdens een rede
SyllabeEen lettergreep
SyllepsisEen constructie waarin de congruentie van twee elementen niet door de formele, maar door de semantische kenmerken wordt bepaald Ook constructio ad sensum of constructio ad sententiam genoemd Vergelijk synesis.
Bijvoorbeeld: `het meisje liet haar pop vallen`.
De stijlfiguur waarbij één of meer woorden worden weggelaten Het is een vorm van de ellips Vergelijk zeugma.
Bijvoorbeeld: `Jij loopt op de stoep en ik op het gras`, waarbij `loop` is weggelaten.
Het gegroepeerd zijn van anachronieën in een verhaal, bijvoorbeeld op grond van verwant motief, etc Vergelijk met achronie
SynchisisHet verhaspelen van woorden of de woordvolgorde in een zin
SymplokeZie bij
complexio
SynaeresisZie syneresis (hieronder)
SynaloefeEen grammatische figuur waarbij twee opeenvolgende klanken (van verschillende woorden) samensmelten Een vorm van syncope Vergelijk elisie, hiaat, syneresis en synizesis (beide hieronder)
SymboliekEen zinnebeeldige voorstelling Zie ook bij allegorie
SymmetrieHet gelijk verlopen van zinnen
SyncopeDe uitstoting van een klank midden in een woord Gebruikt als stijlmiddel is het een vorm van detractie Afgeleid van het Griekse kôpto (stoten) Vergelijk met afaeresis, apocope en elisie.
Bijvoorbeeld: `broeder` werd `broer`; `kermis` ontstond uit `kerkmis`
SyncretismeDe samensmelting van de naamvallen van een taal
SyncrisisHet vergelijken van tegengestelde elementen in contrasterende clausula`s
SyndetischVerbindend
SynecdocheEen metonymische vergelijkingsbeeldspraak: aanduiding door de naam van een deel (= pars pro toto) of het tegenovergestelde: het noemen van het geheel (= totum pro parte) Afgeleid van het Griekse ekdôche (van een ander krijgen).
Bijvoorbeeld: `Even de neuzen tellen`, waarbij de aanwezigen bedoeld worden
SyneresisEen samentrekking van twee vocalen in een lettergreep Ook synaeresis gespeld Vergelijk synizesis (zie hieronder).
Antoniem: diëresis
SynesisEen constructie waarin de betekenis voorrang krijgt boven de strikt grammaticale vorm Zie syllepsis 1
SynesthesieEen metaforische vergelijkingsstijl: het verbinden van zintuigen bij een indruk Overgenomen van het Griekse sunesthesie (samen waarnemen).
Bijvoorbeeld: `schreeuwende kleuren` of `bittere spot`
SynizesisHet versmelten tot één klank van twee klanken die tot verschillende lettergrepen behoren Vergelijk syneresis (zie hierboven)
Synoniem(Synoniem, synonymia) Verschillende woorden met (bijna) dezelfde betekenis.
Bijvoorbeeld: `stoep` / `trottoir` of `concept` / `ontwerp`.
Antoniem: antoniem
synonymia(Synoniem, synonymia) Verschillende woorden met (bijna) dezelfde betekenis.
Bijvoorbeeld: `stoep` / `trottoir` of `concept` / `ontwerp`.
Antoniem: antoniem
SynonymieHet gebruik van synoniemen binnen één uitdrukking
SynonymiekDe leer der synoniemen
SynopsisEen korte schets of overzicht van een boek
SyntagmaEen syntactische groep; een woordgroep
Syntaktische homonymieHet verschijnsel waarbij zinnen wat hun bouw betreft op verschillende manieren kunnen worden opgevat Vergelijk lexikale homonymie.
Bijvoorbeeld: `De derde heeft Jan gisteren een andere plaats gegeven.`
Syntaktische struktuurDe zinsbouw
SyntaxisDe leer van de woordengroepen of zinsbouw van een taal; ordening van de woorden
Synthetisch dramaDe dramavorm waarbij de (voorgenomen) handelingen centraal staan vanuit de vraag: wie wil wat? Vergelijk analytisch drama
SystoleDe dichterlijke vrijheid die bestaat in het als kort gebruiken van een lange lettergreep Antoniem: diastole
SystrofeHet opsommen van beschrijvingen van een ding zonder het te definiëren
SyzygieEen dipodie; een juk tussen twee woorden
TankaEen 31-lettergrepig Japans gedicht, met respectievelijk vijf, zeven, vijf, zeven en zeven lettergrepen per regel Overgenomen van het Japanse tanka (kort gedicht) Vergelijk haiku
TaaluniversaleEen algemene eigenschap van natuurlijke talen.
Bijvoorbeeld: alle talen hebben vocalen
Tableau vivantZie bij
toog
TagmeemHet kleinste taalelement met een autonome vorm en betekenis
TaaleigenZie bij
idioom
Taalkundige ontledingDe ontleding naar de woordsoorten Vergelijk redekundige ontleding
TapinosisOnwaardige taal die een persoon of voorwerp vernedert
TautogramEen tekst waarin de frequentie van een bepaalde letter kunstmatig is verhoogd.
Bijvoorbeeld: `Lentelied` van H de Flines.
Antoniem: lipogram
TautologieSynonymie; het herhalen van hetzelfde denkbeeld met een ander woord Juist gebruikt intensiveert de tautologie een mededeling Vergelijk epitheton (ornans) en pleonasme.
Bijvoorbeeld: `lint` en `worm` in het woord `lintworm`.
Een ander voorbeeld: `Ik heb hem gesmeekt en bezworen het niet te doen`, waarbij `smeken` en `bezweren` ongeveer dezelfde betekenis hebben.
Een verkeerd gebruikte tautologie verzwakt de kracht van de mededeling door overbodigheid van één of meerdere woorden.
Bijvoorbeeld: `Wij zijn genoodzaakt u te moeten ontslaan.` Personen die genoodzaakt zijn iets te doen, moeten iets doen Juist zou zijn: `Wij zijn genoodzaakt u te ontslaan` of `Wij moeten u ontslaan.`
Een uitspraak die vanwege de vorm altijd waar is Vergelijk met contingente uitspraak.
Bijvoorbeeld: `Het regent of het regent niet`.
Antoniem: contradictie.
TautosyllabischBehorend tot dezelfde lettergreep.
Antoniem: heterosyllabisch
TechnopaignionZie carmen figuratum
TeichoskopieDe techniek om een toneelspeler een verslag te laten geven vanaf een uitkijkpost (een toren, heuvel, etc.) van gebeurtenissen die niet of moeilijk op het toneel uit te voeren zouden zijn, bijvoorbeeld een brandende stad of een zeeslag
TekstveranderingEen bewerking van een bestaand literair werk
TelestichonDe vorm van acrostichon waarbij de eindletters of -woorden een woord, naam, zin gedicht of het alfabet vormen
TemporeelTijdaanduidend
Temporeel accentZie bij
ritme
TempusDe tijd van het werkwoord, in het Grieks zijn de tempora bijvoorbeeld in te delen in de vier hoofdtijden (presens, futurum, perfectum en futurum exactum) en de drie historische tijden (imperfectum, aoristus en plusquamperfectum)
TendensromanEen eenzijdige strekkingroman Ook roman à these genoemd
TenuesEen stemloze of scherpe plofklanken Afgeleid van het Latijnse tenuis (fijn, helder (van geluid)).
Bijvoorbeeld: de `p`, `t` en `k`.
Antoniem: media
TenzoneEen dispuut- of strijdgedicht, een vorm van troubadourspoëzie Belangrijk dichter in dit genre is Adam de la Halle
TernaireEen drieregelige strofe of een gedicht met drie versregels met het rijmschema aaa
Terze rimeEen drieregelige strofe Ze heeft omarmend rijm (aba); de eerste regel van de volgende strofe rijmt op de middelste van de voorgaande (aba bcb cdc etc.) Vergelijk terzine (zie hieronder)
TerzetEen drieregelige strofe die de tweede helft van een sextet vormt Op de laatste strofe van het gedicht volgt nog één regel, die op de middelste van de laatste strofe rijmt
TerzineEen drieregelige strofe van vijfvoetige jamben Ze heeft omarmend rijm (aba); de eerste regel van de volgende strofe rijmt op de middelste van de voorgaande (aba bcb cdc etc.) Vergelijk terze rime (zie hierboven)
TestamentEen gedicht dat is ingekleed als een testament
Tetragram(maton)Een woord van vier letters Wanneer over Het Tetragram(maton) wordt gesproken, wordt daarbij verwezen naar de letters sjsk (JHWH) uit het Hebreeuwse alfabet, die de naam van God (mogelijk Jahweh) voorstellen
TetralogieVier samenhangende toneelstukken, zoals bij de Griekse klassieken: drie tragedies met een daaropvolgend saterspel
TetrameterEen viervoetige jambe, zoals bijvoorbeeld het vers van Scott (waarbij - een geaccentueerde en U een ongeaccentueerde lettergreep voorstelt):
The way was long, the wind was cold
U - ¦ U - ¦ U - ¦ U -
In balladen vindt men dikwijls een afwisseling van jambische tetrameters en trimeters, zoals in het voorbeeld van Byron:
I am the Rider of the Wind
U - ¦ U -¦U - ¦U - ¦
The Stirrer of the storm
U -¦U - ¦U - ¦
The Hurricane I left behind
U -¦ U - ¦ U - ¦ U - ¦
Is yet with Lightning warm
U - ¦ U - ¦ U - ¦
Deze maat, in het Engels ballad measure genoemd, is uit de middeleeuwse Latijnse septenarius, in de vagantenpoëzie, ontstaan:
Meum est propositum in taberna mori
-U ¦ - U ¦-U- ¦ - U¦ - U¦ - U
(¦ stelt de cesuur voor.)
TetrapodieEen vers van vier enkele voeten
ThemaDe stam
ThaumasmusEen uitroep van verbazing tijdens een rede
Thematische klinkerDe klinker na de wortel die daarmee samen de stam vormt, waarachter de uitgangen komen
TheogonieEen werk waarin de oorsprong en afstamming van goden verhaald wordt.
Bijvoorbeeld: Theogonie van Hesiodus
TheoremaEen grondstelling, gebaseerd op andere (geaccepteerde) uitspraken
ThesisEen toondaling; het onbeklemtoonde deel van een versvoet.
Antoniem: arsis.
Een op abstractheden gericht onderwerp van een redevoering Ook quaestio infinita genoemd Vergelijk hypothesis.
Threnos,
ThrenodieEen klaaglied of dodenklacht, een lyrische zang met klacht over de dood van een dierbaar familielid of een vriend, aansporend tot vertroosting in het lijden Ook als onderdeel van een rede.Afgeleid van het Griekse threnôs (lijkzang) en ôide (lied).
Simonides van Keos evolueerde de threnos tot een koorlied, waarin geklaagd wordt over de snelle en pijnlijke wendingen die zich in een mensenleven kunnen voordoen en een mensenleven onverwachts doen eindigen Simonides heeft ook de zin van de threnos met die van het enkomion verbonden Van klaaglied werd het een loflied (bijvoorbeeld voor de gevallenen in de Thermopylen), waarin de dood als roemvol wordt geprezen.
Volgens sommigen vormen threnoi de oorspronkelijke kern van de Ilias van Homeros
TmesisEen snijding; een scheiding van een samengesteld woord door een ertussen geplaatst woord Letterlijk overgenomen van het Griekse tmesis (snijding).
Bijvoorbeeld: `quem fors dierum cumque dabit...` (alle dagen die het lot zal geven) uit Oden, I, 9, 14 van Horatius
ToekomstromanHet episch genre waarbij de schrijver een beeld geeft van hoe hij denkt dat leven en denken in de toekomst zullen zijn Zie science fiction.
Bijvoorbeeld: Nineteen Eighty-four (1949) van George Orwell
ToneemEen intonatieverschijnsel met woordonderscheidende functie
TongklankEen klank, voor de vorming waarvan de tong een grote rol speelt.
Bijvoorbeeld: `l` en `r`
TonischBetrekking hebbend op de toon
ToogDe uitbeelding door levende personages van een historische of bijbelse gebeurtenissen, zinspreuken of schilder- en beeldhouwwerken
ToonloosOnbeklemtoond
ToontaalEen taal waarbij de toonhoogte en de contour van de toon waarmee een woord wordt uitgesproken, bepalend is voor de betekenis van het woord.
Bijvoorbeeld: in het Chinees kent men vier `tonen` (gelijk, dalend, stijgend en dalend-en-stijgend)
TopicaDe leer van de gemeenplaatsen of topoi (meervoud van topos (zie hieronder))
TopografieDe plaatselijke verbreiding (van taalverschijnselen).
De beschrijving van plaatsen
ToponiemEen plaatsnaam; een woord afgeleid van een plaatsnaam
ToposEen gemeenplaats, een vaste gedachtewending of uitdrukking in de retorica en literatuur
TopothesiaHet beschrijven van denkbeeldige, niet-bestaande plaatsen
ToppenversHet verschijnsel waarbij elke versregel een gelijk aantal toppen heeft, dat wil zeggen een gelijk aantal beklemtoonde lettergrepen Het aantal lettergrepen tussen de toppen kan variëren, maar de tijdsafstand tussen twee accenttoppen is bij het lezen gelijk (isochronisme), wat tot gevolg heeft dat, indien er meer onbeklemtoonde lettergrepen staan, deze sneller gelezen worden dan wanneer er bijvoorbeeld slechts één staat.
Vrijwel het gehele Middelnederlandse vers is een toppenvers.
Ook heffingsvers of alternerend vers genoemd
TopwoordEen adjectief waarin een soortnaam is opgenomen om de aard van de eigenschap te versterken, maar waarbij tevens een klankovereenkomst is tussen beide delen De standaard-verzameling van deze woorden werd samengesteld door Egbert Beijk.
Bijvoorbeeld: `gortdroog` en `glashard`
TornadaL`envoi in een canso of chanson
Totum pro parteZie bij
metonymie
TragedieEen treurspel De benaming `tragedie` is een samenstelling van de Griekse woorden tragôs (bok) en ôide (zang) De letterlijke betekenis is dus `zang van de bokken` Er zijn verscheidene mogelijke redenen voor deze benaming Eén daarvan is, dat de leden van het koor in de oudste stukken bokkenhuiden droegen, of rond een geofferde bok dansten Een andere verklaring die geopperd is, is dat de koorleden wellicht een bok als prijs of beloning voor hun prestaties kregen De latere en ook de huidige betekenis van het woord is een gevolg van het gegeven of de lotgevallen van de personages uit de stukken, die meestal ten onder gingen of werden bestraft vanwege hun hoogmoed of voor misdrijven.
De tragedie stamt uit de Griekse cultuur en is gegroeid uit rituele dansen en zangen, tijdens ceremoniën ter ere van vruchtbaarheidsgoden, processies en smeektochten om de bevolking voor plagen, epidemieën en andere rampen te beschermen Sommige daarvan waren occasioneel, andere kwamen terug met het seizoen of als een fase in de werkzaamheden (zaaiing of oogst) naderbij kwam Aanvankelijk deed elke bewoner van het dorp of de stad aan het ritueel mee Later werden de samenstellende delen van de ceremonie gestileerd en werden enkele leden van de gemeenschap uitgekozen en geoefend in dans en zang, terwijl de overige bewoners toekeken De verering van Dionysos ging een steeds prominentere plaats opeisen, tot deze zich ontwikkelde tot de tragedie.
Bij het ritmisch dansen kwamen dan vertolkingen en uitbeeldingen van de belevenissen van hun goden, zoals ze deze zich voorstelden in hun mythen De Grieken waren er immers van overtuigd dat hun goden ooit op aarde hadden geleefd en dat zij, na door de mensen te zijn verdreven, zich schuilhielden op de top van de Olympus.
Tragi-komedieHet drama waarbij het tragische en het komische met elkaar verweven zijn.
Bijvoorbeeld: De kersentuin (1904) van Anton Tsjechov, en De wijze kater (1917) van Herman Heijermans
TranscriptieDe weergeving in (andere) lettertekens.
Bijvoorbeeld: `¶` wordt getranscribeerd tot `p`