Magnum opusEen meesterwerk; het levenswerk
MaieutiekDe kunst van het uitvragen om de ondervraagde tot een helderder inzicht te brengen Afgeleid van het Griekse maieutikôs (het verlossen betreffend)
Major termDe hoofdstelling Zie bij syllogisme
MajuskelEen hoofdletter
MakameEen verzameling berijmd proza afgewisseld met versjes Al zijn de verhalen zelfstandig, vaak hebben ze een gemeenschappelijke held die op zijn tocht door het land allerlei moeilijkheden overwint Afgeleid van het Arabische makâma (een plaats waar men verzameld is voor een gesprek).
Bijvoorbeeld: Makamat van Hamadhani (1007)
MakronEen lange zin in de parabasis in hypermetrische anapesten, die in één adem werden uitgesproken door de koorleider Ook pnigos genoemd
MalapropismeEen vulgaire fout door een poging intellectueel te lijken
MaledictieEen vervloeking
MandementEen herderlijke brief
ManiërismeEen zeer gekunstelde stijl
Mannelijk rijmDe vorm van eindrijm waarbij de versregel eindigt op de rijmende (beklemtoonde) lettergreep zonder iets meer Ook staand rijm genoemd.
Bijvoorbeeld: `Is de wijn in de man, is de wijsheid in de kan`
MantraEen taalritueel waarvan de betekenis of herkomst onbekend is.
Bijvoorbeeld: `simsalebim` of `abacadabra`
MarginaliaDe glossen in de kantlijn
MarinismeHet schrijven van zeer gekunstelde, gezwollen taal Genoemd naar de Italiaanse schrijver Giambattista Marino (1569-1625) Ook concettismo of secentesimo genoemd Een vorm van maniërisme Vergelijk euphuïsme, gongorisme, preciositeit en Schwulst.
MarivaudageHet schrijven in gekunstelde stijl, gevoelens en intrigue Genoemd naar de Franse schrijver De Marivaux (1688-1763)
MartyriaIets bevestigen (in een (juridische) rede) vanuit de eigen ervaring
MartyrologiumEen martelaarsboek
MasculinumHet mannelijk grammatisch geslacht.
Een mannelijk substantief.
MaskilMogelijk een beschouwend, bespiegelend gedicht Deze dichtvorm komt uitsluitend in het Hebreeuwse gedeelte van de Bijbel voor en wel in Psalm 32 (zie opschrift daarvan) Een afgeleide vorm van het grondwoord komt echter voor in 2 Kronieken 30:22, waar dit de betekenis heeft van `met voortreffelijk doorzicht handelen` Ook in Psalm 53:2 draagt het woord `maskil` de betekenis van `inzicht hebben; met doorzicht handelen`
MassoraDe traditionele Hebreeuwse tekst van het Oude Testament
MaximeEen spreukachtige grondregel van het menselijk handelen; een spreukachtige stelregel Vergelijk spreekwoord, spreuk, gnome, en aforisme
MediopassivumDe werkwoordsvorm die formeel wel, maar naar de betekenis niet tot het passivum behoort
MediumDe werkwoordsvorm waarbij het subject de handeling verricht in zijn eigen belang Het staat qua zelfstandig geslacht tussen het activum en passivum in
MediusDe middelste term van een syllogisme Overgenomen van het Latijnse medius (middelste)
MedeklinkerrijmZie bij
acconsonantie
MedelaExcuses voor onloochenbare beledigingen of overtredingen van een vriend
MediaEen stemhebbende of zachte plofklank Afgeleid van het Latijnse medius (middelste).
Bijvoorbeeld: `b`, `d` en `g`
MediaevalEen moderne nabootsing van oude Hollandse letteren, vooral die uit de middeleeuwen
MeerslachtigMeer dan één geslacht hebbend.
Bijvoorbeeld: `vraag` of `groep`
MeervoudDe vorm van een naamwoord waardoor wordt aangeduid dat van een aantal personen of zaken sprake is Ook pluralis genoemd
MeerzinnigheidHomonymie, zie bij homoniem
MegalopropeiaEen schitterende en verheven uitspraak
MeiosisVerkleinen, vaak door gebruik van een troop die bestaat uit één woord.
Zie minutio
MeistersangDe burgerlijke opvolger van de middeleeuwse Minnesang De bekendste Meistersinger is Hans Sachs uit Neurenberg (ruim 4000 Meisterlieder)
MelioratieHet verkrijgen van een gunstiger betekenis Afgeleid van het Latijnse melior, de comparatief van bonus (goed)
MelioratiefEen gunstige eigenschap aanduidend Afgeleid van het Latijnse melior, de comparatief van bonus (goed).
Antoniem: pejoratief
MelodramaEen sentimenteel, vaak volks spel, waarin grote aandacht geschonken wordt aan de deugdzaamheid van de underdog
MelopeeHet ritmische gezang dat een declamatie begeleidt.
Een klankexpressief gedicht.
MembrumEen geleding binnen een periode, zoals een voorzin, parenthese (tussenzin) of apodosis (nazin), tussen het begin en het einde Ook colon genoemd Afgeleid van het Latijnse membrum (lid, deel)
MemoiresGedenkschriften; vaak een autobiografische beschrijving van voorvallen uit het leven van een bekend persoon
MemoriaHet van buiten leren van de redevoering als onderdeel van de intellectio Eén van de vijf pijlers van de retorica
MempsisKlagen over onrecht en om hulp smeken tijdens een rede
MesostichonEen gedicht waarin de middelste lettergrepen van alle verzen, van boven naar onderen gelezen, een woord vormen Afgeleid van het Griekse mesôs (midden) Zie acrostichon
MesozeugmaEen vorm van zeugma waarbij een werkwoord in de middelste zinsnede staat
MetabasisZie bij
aversio
Metafoor(soms: Metafora) Een vergelijkingsbeeldspraak, in overdrachtelijke betekenis; het te vergelijken object wordt vervangen door het beeld Overgenomen van het Griekse metafôra (overdracht van betekenis) Zie allegorie, antropomorfiseren, reïficatie en synesthesie.
Bijvoorbeeld: `Verlate dan de ziel haar vleeschelijke woning` (J.C Bloem), waarbij de `vleeschelijke woning` een metafoor is van het lichaam
MetaforaDe verzamelnaam voor overdrachtelijke stijlfiguur, berustend op overeenkomst.
Bijvoorbeeld: `De dood komt als een dief in de nacht.`
Wanneer een `als`-vergelijking zeer breed wordt uitgewerkt, spreekt men van een homerische vergelijking
MetafraseHet overzetten in andere woorden ter verklaring
MetalepsisEen figuurlijke uitdrukking waarbij in plaats van een woord een ander geplaatst is dat synoniem is met zijn homoniem.
Bijvoorbeeld: `Ik breng mijn geld naar de sofa`.
Het stijlfiguur waarbij het voorafgaande wordt verwisseld met het volgende, de oorzaak verwisseld met het gevolg.
Bijvoorbeeld: van het `graf` spreken in plaats van van de `dood`
MetanalyseEen verkeerde ontleding van de bestanddelen in een woord waardoor secundaire vormen ontstaan.
Bijvoorbeeld: het Laatlatijnse woord voor `noteboom` is nucârius Daarvan werd het woord `nokernote` afgeleid, wat veel later werd vervormd tot onze `okkernoot`
MetanoiaEen uitspraak beperken door deze te herroepen en beter te formuleren
MetaplasmaHet verplaatsen van letters of lettergrepen van hun oorspronkelijke plaats in een woord Ook metathesis genoemd
MetastaseSnel over een zaak heen stappen.
Een belediging of tegenwerping retourneren aan de persoon die ze maakte
MetataalDe taal die voor een beschrijving (van een taal) wordt gebruikt, bestaande uit semantische primitieven
MetathesisHet verplaatsen van een letters binnen het woord Ook metaplasma genoemd Afgeleid van het Griekse meta (als prefix meestal een verandering aangevend).
Roemrucht voorbeeld is de klankverspringing van `weps` in `wesp`
Metathesis quantitatisDe in het Grieks voorkomende klankomzetting, waarbij bij opeenvolging van een lange en een korte klinker in een woord, de lange kan worden verkort en de korte verlengd
MethexisDe relatie tussen beeld en idee Overgenomen van het Griekse methexis (het deel hebben aan)
MetonomasiaDe vertaling van een naam in het Grieks of Latijn Afgeleid van het Griekse metônômazo (anders noemen).
Bijvoorbeeld: `Gnapheus` voor De Volder
Metonymia(Metonymia, Metonymie) Een naamswisseling, waarvan gesproken wordt als de beeldspraak niet berust op vergelijking, maar op een zekere betrekking tussen het genoemde en het bedoelde Afgeleid van het Griekse meta (als prefix meestal een verandering aangevend).
Metonymie(Metonymia, Metonymie) Een naamswisseling, waarvan gesproken wordt als de beeldspraak niet berust op vergelijking, maar op een zekere betrekking tussen het genoemde en het bedoelde Afgeleid van het Griekse meta (als prefix meestal een verandering aangevend).
Metri gratiaTer wille van de maat
MetriekDe leer van de versbouw Zie metrum (zie hieronder)
MetronymicumEen van de moedersnaam afgeleide achternaam Afgeleid van het Griekse mêtrônumikôs (genoemd naar zijn moeder).
Bijvoorbeeld: `Aagtjens`
MetrumDe regelmatige afwisseling van sterker en zwakker beklemtoonde syllaben
Minimaal paarEen vrijwel identiek woordpaar waar alleen door een gering (klank)verschil een betekenisonderscheid plaatsvindt.
Bijvoorbeeld: `goal` en `coal`
MimusEen literair genre, verwant met de satire, nauw verwant met de Griekse mimos Deze volkse en vaak ook platvloerse schetsen uit het dagelijkse leven werden uit Sicilië en Magna Graecia naar Rome gebracht De oudste vorm hiervan was een gebarenspel met muziekbegeleiding Langzamerhand werd de mimus een concurrent van de atellanae, en werd even grof, lichtzinnig en onzedelijk Juist door deze eigenschappen was deze literatuurvorm enorm populair in Rome In feite verdrong de mimus tijdens de Keizertijd de eigenlijke komedie
MimosEen literair genre, verwant met de satire Oorspronkelijk stamt deze vorm uit Sicilië (in het Latijn heet deze vorm mimus) en hoofdzakelijk uit Syrakusae, waar Sophron, die daar woonde, het dagelijkse leven in literaire termen schetste Dit was rond de tweede helft van de 5e eeuw v.G.T Deze volkse schetsen werden oorspronkelijk niet gemaakt om op het toneel te worden voorgedragen, maar, vanwege de vorm, monoloog of dialoog, was het voor een handig acteur niet moeilijk de mimen geschikt te maken voor het toneel
MimesisAfgeleid van het Griekse mimôs (imitator) Een kunstige nabootsing van de natuur, zoals bij een onomatopee.
Een nabootsing van gebaren, uitspraak of (veronderstelde of verzonnen) uitingen bij een persoon.
Bijvoorbeeld: `Dan keerde Abe Lincoln zich tot zijn moeder en zei: `Eens ga ik in dat grote witte huis in Washington wonen.`` Over het algemeen wordt aangenomen dat de woorden `Veni, vidi, vici` een mimesis bij Julius Caesar zijn
MiddelnederlandsHet Nederlands van de 12e eeuw tot het einde van de middeleeuwen
MiktamBoetepsalm, epigram Deze stijlfiguur is uniek voor de Hebreeuwse taal Er zijn zes psalmen in de Bijbel die dit opschrift dragen (Psalm 16, 56-60) Deze gezamenlijk zouden derhalve epigrammen zijn van de talrijke episoden die erin worden beschreven
MiddelhoogduitsHet Duits van de 12e eeuw tot het einde van de middeleeuwen
MinnedichtEen liefdesgedicht
MinnesangEen belangrijke vorm van middeleeuwse wereldlijke lyriek Ze stond in het teken van de onbereikbaarheid van de liefde van een geïdealiseerde dame en heeft dan ook een wanhopige ondertoon
Minor termEen stelling die ondergeschikt is aan de hoofdstelling Zie bij syllogisme
MinuskelEen kleine letter
MinutioHet deel van de genus judicale waarin de verdediger de daad van zijn cliënt minder erg voorstelt dan ze eigenlijk was, of pleit hij verzachtende omstandigheden Ook attenuatie of meiosis genoemd Overgenomen van het Latijnse minutio (vermindering).
Antoniem: amplificatie
MirakelspelEen middeleeuws, religieus drama, waarin de wonderlijke tussenkomst van Maria, een heilige of een relikwie verlossing brengt Het bekendste en beste Nederlandse voorbeeld is Marieken van Nieumeghen (±1500)
MoneemDe kleinste betekeniseenheid Vergelijk het morfeem
MonodieEen elegie in een Griekse tragedie.
Een monoloog in verzen
MolossusDe klassieke versvoet: - - -
ModificatieEen bepaling
ModulatieDe stembuiging
ModusDe wijs van het werkwoord.
Het syllogismepatroon
ModaliteitDe subjectieve verhouding of beoordeling van de taalgebruiker ten opzichte van de inhoud van een (deel van een) zin
ModernismeEen neologisme
Modale bepalingEen zinsbepaling; het zinsadverbium
Modaal syllogismeEen syllogisme waarin tenminste één van de premissen de wijze aangeeft van zijn of kennen
MonoftongEen éénklank.
Antoniem: diftong
MonoftongerenHet tot één klank samentrekken.
Bijvoorbeeld: de `ê` vanuit het Germaanse `ai`
MonografieEen verhandeling over één onderwerp
MonogramEen woord dat uit één letter bestaat.
Bijvoorbeeld: `u`
MonoloogEen alleenspraak
MonometerEen uit één voet bestaand voetvers
MonopedieEen uit één voet bestaande versmaat Afgeleid van het Latijnse pes (voet)
MonosyllabeEen éénlettergrepig woord
MonotonieHet verschijnsel dat een taal binnen de vocaal geen differentiatie kent.
Antoniem: polytonie
MoraDe tijdseenheid van de lange en korte lettergrepen in het Grieks en Latijn Aangezien er een vaste verhouding tussen lange en korte lettergrepen bestond (1 op 2), kon er isochronisme worden toegepast
MoraliteitEen middeleeuws, ernstig toneelspel, die in inhoud en sfeer bij de mysteriespelen aansluiten en talrijk allegorische personen (bijvoorbeeld de deugd) op het toneel brachten
MorfeemHet kleinste bestanddeel van een taal dat een eigen betekenis of functie heeft
MorfologieDe vormleer in het algemeen, dat wil zeggen de kennis van woorden en van de regels om nieuwe woorden te vormen