Scharphuizen (Johan van)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
ScheepsbouwLet op: Spelling van 1914 Zie
NIJVERHEID, blz. 512.
ScheepvaartLet op: Spelling van 1914 Zie
HANDEL EN SCHEEPVAART.
Schelle (Petrus van)Let op: Spelling van 1914 ook Clock geheeten, te Brussel geb. in 1695, jezuiet in 1714, priester gewijd 21 Sept. 1726. Gedurende eenige jaren predikte hij in de Zuidelijke Nederlanden tot hij in 1734 naar Curaçao werd gezonden om er pater Cloots, die sedert 1728 zich daar bevond, bij te staan. Gedurende zijn verblijf op Curaçao noemde zich Van Schelle bij voorkeur Clock. Di…
SchelpdierenLet op: Spelling van 1914 Zie
MOLLUSCA.
SchelvischLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
CYNOSCION.
SchemerimgLet op: Spelling van 1914 Wanneer de zon onder den horizon is gedaald, verlichten de tegen de wolken en het uitspansel teruggekaatste stralen nog een deel van het aardoppervlak en veroorzaken schemering. Berekeningen hebben aangetoond, dat deze schemering voortduurt, totdat de zon 18° in verticale richting onder den horizon is gedaald. Gedurende dien tijd wordt dus schemeri…
Schepper (Gerard van de)Let op: Spelling van 1914 Zie
GOUVERNEURS.
SchijtnootLet op: Spelling van 1914 sur. en ben. e. Zie
JATROPHA CURCAS.
Schilders en teekenaarsLet op: Spelling van 1914 Zie
PLAATWERKEN, enz.
SchildluisLet op: Spelling van 1914 Zie
RHYNCHOTA.
SchildpaddenLet op: Spelling van 1914 Zie
CHELONIA.
SchildpaddenteeltLet op: Spelling van 1914 Zie
VISSCHERIJBEDRIJF.
SchildvarkenLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
XENARTHRA.
SchildvleugeligenLet op: Spelling van 1914 Zie
COLEOPTERA.
Schimpf (Charles, Pierre)Let op: Spelling van 1914 geb. 13 Febr. 1813 in het kamp te St. Omer (Frankrijk) waar zijne ouders toen verblijf hielden, overl. te 's Gravenh. 31 Dec. 1886, begon zijn loopbaan in 1827 als soldaat bij de Infanterie v.h. Nederl. leger en werd in 1830 bevorderd tot 2den Luitenant. Krijgsgevangene te Bergen in Henegouwen, ontvluchtte bij in 1831 en werd bij de 14de afd. Infan…
Schizodon fasciatusLet op: Spelling van 1914 (Sp.) Ag. (Syn. ANOSTOMUS FASCIATUS (Sp.) Gthr.). Njamsi fisi, n.e., Warakoe, kar. of war. en n.e. Fam. Characidae. Zoetwater visch, Verspreiding: Brazilië, Guiana Nicaragua. De kop is breed met kleinen mondspleet. De korte rugvin staat midden op den rug, er is een vetvin, de staartvin is diep gevorkt, de aarsvin klein, de buikvinnen zijn beneden d…
Schmidt auf AltenstadtLet op: Spelling van 1914 (jhr. Johann, George, Otto, Stuart von) geb. 5 Jan. 1806 te St. Oedenrode, overl. te 's Gravenh. 7 Aug. 1857, werd in 1820 aangesteld tot kadet bij de Militaire [p. 623] school te Semarang en in 1823 bevorderd tot 2n Luit. in welken rang hij deelnam aan de onderdrukking van den opstand van Dipo Negoro. In 1829 werd hij 1e Luit., in 1832 adjudant va…
SchobbejakLet op: Spelling van 1914 pap. Zie
POMATOMUS.
Schomburgk (sir Robert, Herman)Let op: Spelling van 1914 geb. 5 Juni 1804 te Freyburg a.d. Unstrut, overl. 11 Maart 1865 in Schönberg bij Berlijn, werd in Naumburg als koopman opgeleid, ging in 1829 naar de Ver. Staten en vandaar in 1830 naar West-Indië. In 1835 ondernam hij met steun van het aardr. genootsch. te Londen een wetenschappelijke reis in Britsch-Guiana, die 4 jaar duurde. Op deze reis - waarv…
SchopsteelhoutLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
BOCAGEA.
SchorpioenLet op: Spelling van 1914 Zie
ARTHROGASTRA.
SchorpioenspinLet op: Spelling van 1914 Zie
ARTHROGASTRA.
SchottegatLet op: Spelling van 1914 Zie
WILLEMSTAD.
SchubvleugeligenLet op: Spelling van 1914 Zie
LEPIDOPTERA.
SchuitbekreigerLet op: Spelling van 1914 Zie
ARDEIDAE.
SchulpritsenLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
AARDKUNDE, blz. 6.
Schumann (Christian, Ludwig)Let op: Spelling van 1914 geb. 28 Aug. 1749 te Pilgerhut (Berbice), overl. in 1794 of 1795 in Brüdergarten, Trankebaar (Britsch-Indië), zoon van Theophilus Salomo Schumann, was onder de Arowakken werkzaam op den zendingspost Saron aan de Saramacca-rivier, daarna op de Hoop aan de Corantijn. De pogingen, om de Karaïben met het Evangelie bekend te maken, faalden, hoewel Schum…
Schumann (Theophilus, Salomo)Let op: Spelling van 1914 geb. 1 Juli 1719 te Grabow, bij Burg in Saksen, overl. 6 Oct. 1760 te Pilgerhut in het toen Nederlandsche Berbice, werd in 1738 student in de theologie te Halle en in 1740 leeraar aan het paedagogium aldaar; in 1743 ging hij tot de Broedergemeente over, was van 1743-1745 leeraar aan het theol. Seminarium dezer gemeente te Lindheim, daarna te Marien…
SchurftmijtLet op: Spelling van 1914 Zie
ACARINA.
SchutterijLet op: Spelling van 1914 Zie
KRIJGSMACHT.
Sciadeichthys emphysetusLet op: Spelling van 1914 (Müller & Troschel) Jord. & Everm. (Syn. ARIUS EMPHISETUS, (M & Tr.) Gthr.). Koema-Koema, n.e. Fam. Siluridae. Zeevisch, aan de zandige kust en in de riviermonden. Verspreiding: Suriname. Er zijn zes voeldraden; de bovenkaaks-voeldraden zijn plat en reiken tot het midden of tot het einde van de rugvin. Er is eene vetvin. Staartvin diep gevorkt; kle…
Sciadeichthys luniscutisLet op: Spelling van 1914 (C. & V.) Eig. (Syn. ARIUS LUNISCUTIS, C. & V.). Geelbagger, sur., Jarabakka, arow. en n.e. Fam. Siluridae. Zeevisch. Verspreiding: Suriname tot Rio Janeiro. De kop is plat, veel lager dan breed. De oogen klein. De tusschen-oogruimte is breeder dan de bek lang is. Er zijn zes voeldraden. De bovenkaaks-voeldraden reiken ongeveer tot het einde van de…
Sciadeichthys parkeriLet op: Spelling van 1914 (Traill) Eig. (Syn. ARIUS QUADRISCUTIS, Cuv. & Val.). Fam. Siluridae. Een visch uit modderige riviermonden. Verspreiding: Suriname, Guiana tot Para. De tanden op het verhemelte zijn korrelig en vormen twee groote ovale plekken. Er zijn zes voeldraden. De kop is van boven beenig; de huid zonder schubben; vetvin bijna zoo lang als de aarsvin. Volgens…
Sciadeichthys proopsLet op: Spelling van 1914 (C. & V.), J. & E. Christus-visch, Crucifix-visch, sur. Koepira, n.e. Op Coronie Korassi genoemd. Fam. Siluridae. Zeevisch. Verspreiding: van Porto Rico tot Suriname en zuidelijk tot Pernambuco. De kop is plat, de rugplaat groot, vlindervormig, van voren met een inham waarin de punt van het voorhoofds-uitsteeksel past. Er zijn zes voeldraden en een…
Scleria lithospermaLet op: Spelling van 1914 Sw. Fam. Cyperaceae. Mountain grass, bov. e. Een grasachtige plant met driekanten stengel; de vruchtjes glimmend wit; bladeren tot 0,3 cm. breed.
Scleria mitisLet op: Spelling van 1914 Berg. Fam. Cyperaceae. Oeman baboen-nefi, n.e. Een plant die veel op S. secans gelijkt, maar minder scherpe bladeren heeft.
Scleria secansLet op: Spelling van 1914 Urb. Fam. Cyperaceae. Baboen-nefi n.e. Een Cypergras met min of meer klimmenden, scherp driekanten stengel en zeer scherpe bladaren, die bij aanraking de huid sterk verwonden.
Sclerolobium paniculatumLet op: Spelling van 1914 Vog. Fam. Leguminosae. Djedoe, n.e. Een groote boom, die tijdens het rijp zijn der vruchten de bladeren afwerpt. Het hout wordt gebruikt voor het maken van booten.
ScomberomorusLet op: Spelling van 1914 -soorten noemt men op de Beneden w. Eilanden Koningsvisch. Een uitmuntend voedsel levert Scomberomorus cavalla (C. & V.) Dr. & F.; Fam. Scombridae. Zeevisch. Verspreiding: de tropische atlantische zee, gaande noordelijk tot Kaap Cod, zuidelijk tot Brazili
Scoparia dulcisLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Scrophulariaceae. Sisibi-wiwiri, n.e. Skoobia, ben. e. Sweet broom, bov. e. Een zeer algemeen voorkomend onkruid, met kleine, witte bloemen en sterk vertakte stengels. Het uit de bladeren geperste vocht, met melasse gemengd wordt gebruikt om den mond der kinderen bij zuurte te wasschen.
Sea grapeLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
COCCOLOBA UVIFERA.
Sea lavendelLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
HELIOTROPIUM CURASSAVICUM.
Sea peasLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
CANAVALIA.
Sea purslaneLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
TOURNEFORTIA GNAPHALODES.
Sea wineLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
IPOMOEA PES CAPRAE.
Sebi-jariLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
GROENTEN en
PHASEOLUS LUNATUS.
Securidaca volubilisLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Polygalaceae. Todo-tetei, n.e. Een liaan met fraaie paarse bloemen, die veel aan de vlinderbloem der Papilionaceae doen denken.
SedréLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
CEDRELA.
SekrepatoeLet op: Spelling van 1914 n.e. Schildpad in 't algemeen.
Sekrepatoe-trapoeLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
BAUHINIA.
Sekrepatoe-wiwiriLet op: Spelling van 1914 n.e, Zie
ILEX.
Selene vomerLet op: Spelling van 1914 C. & V. Karikabaai en Paardekop, pap. Fam. Carangidae. Zeevisch. Verspreiding: aan beide kusten van tropisch Amerika; van kaap Cod tot Brazilië en van Californië tot Peru. Zeer algemeen aan zandige kusten. Het lichaam is zijdelings gedrukt en zeer hoog. Kop kort en diep, vooroogbeentje zeer diep. Mond klein. De schubben zijn [p. 625] klein, de kop …
SennaLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
TEPHROSIA CATHARTICA en
T. CINEREA.
SenneblaarLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
CASSIA OBOVATA.
Sepoe of sepoenLet op: Spelling van 1914 Katoenen beenband van Boschnegers en Indianen.
SergeantsklootenLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
HENRIETTEA.
Sering der antillenLet op: Spelling van 1914 sur. Zie
MELIA.
SeriolaLet op: Spelling van 1914 -soorten, in het Papiamentsch Brasiel. Een voedselvisch van belang is Seriola lalandi, C. & V. Fam. Carangidae. Zeevisch. Verspreiding: West Florida tot Brazilië. De schubben zijn klein. De eerste rugvin heeft zeven lage stekels, de tweede rugvin is zeer
Serjania curassavicaLet op: Spelling van 1914 Radlk. Fam. Sapindaceae. Behoekoe, ben. e. Slingerplant met ranken en veervormig samengestelde bladeren, meestal 5-tallig; de blaadjes zijn grof gekarteld; de vruchten zachtharig en voorzien van drie groote vleugels.
Sesamum indicumLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Pedaliaceae. Abongra of Abonjera, n.e. Sjosjolie, ben. e. Kruidachtige plant met zeer lange, gesteelde, lancet- tot lijn-vormige, zwak gegolfde bladeren. De vruchten zijn voorzien van dwarsstrepen. Uit de zaden wordt de bekende sesam-olie gemaakt. In Suriname wordt de plant alleen nog op Coronie gekweekt. Op Curaçao wordt ze overal tusschen…
Sesbania aegyptiacaLet op: Spelling van 1914 Pers. Fam. Leguminosae. Doifi pesi, n.e. Een in de tuinen voorkomende heester.
Sesbania grandifloraLet op: Spelling van 1914 Pers. Fam. Leguminosae. Tiger tongue, bov. e. Boom met veervormig samengestelde bladeren, die meer dan 30 blaadjes dragen; bloemen met een blad van meer dan 4 cm., peulen dun, tot 2 dm. lang. Gekweekt.
Shame lady shameLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
MIMOSA PUDICA.
ShellplantLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
COSTUS SPECIOSUS.
Sibi-boesiLet op: Spelling van 1914 n.e. Zware regenbuien, die als het ware het bosch (boesi) schoonvegen (sibi).
Sida acutaLet op: Spelling van 1914 Burm. Fam. Malvaceae. Soapbush, bov. e. Nederliggend heestertje met smal langwerpige, tot 5 cm. lange, scherpgezaagde bladeren en gele bloemen, alleenstaand in de oksels der bladeren.
Sida cordifoliaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Malvaceae. Mash mellow, bov. e. Rechtopgroeiend plantje met hartvormige, tot 6 cm. lange, dichtviltige bladeren; bloemen in klein aantal in de bladoksels; bloemkelk dichtviltig behaard.
Sida spinosaLet op: Spelling van 1914 L. Fam. Malvaceae. Jeerba foekoe, ben. e. Rechtopgroeiend plantje met eenigszins hartvormige tot 3 cm. lange blaadjes; bloemen op tot 2 cm. lange stelen alleen staande in de bladoksels; kelk zachtviltig.
Sida spinosa L. var. AngustifoliaLet op: Spelling van 1914 Gris. Fam. Malvaceae. Bassoora Pleintsji, Foengfoeng homber, ben. e. Rechtopstaande plant met lijnvormige tot 0,5 cm. breede en 4 cm. lange, viltig-behaarde bladeren; de bloemen, die in 2- of 3-tallen in de oksels der bladeren staan, vormen een eindelingsche tros; bloemkelk zacht viltig.
SidderaalLet op: Spelling van 1914 Zie
ELECTROPHORUS.
Sideroxylon foetidissimumLet op: Spelling van 1914 Jacq. Fam. Sapotaceae. Mastictree, bov. e. boom met leerachtige, langwerpige bladeren; de bloemen zijn klein en staan in dichte schijnkransen langs geheele stukken van de takken, waar de bladeren zijn afgevallen.
Sideroxylon guyanenseLet op: Spelling van 1914 A. DC. Fam. Sapotaceae. Riemhout, sur. Lo-hoedoe of Ro-hoedoe, n.e. Een groote boom waarvan het hout gebruikt wordt om er roeiriemen en parels (zie aldaar) van te maken.
Sieja blankoLet op: Spelling van 1914 ben. e. Zie
BURSERA SIMARUBA.
Sieja korraaLet op: Spelling van 1914 ben. e. Zie
BURSERA BONAIRENSIS.
Sieksi joeroeLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
RHYNCHOTA.
SiengrassiLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
BROMELIA.
Siengri-kwariLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
ERISMA.
SieradenLet op: Spelling van 1914 Zie
BENEDENL. INDIANEN, blz. 102,
BOSCHNEGERS, blz. 162,
BOVENL. INDIANEN, blz. 171, 1…
SikaLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
SIPHONAPTERA.
SikianaLet op: Spelling van 1914 Zie
BOVENL. INDIANEN, blz. 175.
SikwaLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
LUFFA.
Silk cotton purslaneLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
PORTULACA HALIMOIDES.
Silk cotton treeLet op: Spelling van 1914 bov. e. Zie
CEIBA.
SilverfishLet op: Spelling van 1914 st. eust. Zie
TARPON.
SimaroebaLet op: Spelling van 1914 sur. en n.e. Volgens Kappler, Surinam, blz. 23, zou de Simaruba officinalis in het hoogere binnenland en in de savannestreek veelvuldig voorkomen. De stam wordt 3 voet dik en vertakt zich eerst op 30 tot 40 voet hoogte. Het hout is licht en wit. Daaruit gezaagde planken zijn niet bestand tegen vochtigheid. De bittere bast wordt tegen dysenterie geb…
SimiaeLet op: Spelling van 1914 De Apen behooren, met den mensch, tot de Orde der Simiae (zie
MAMMALIA). Dat zij met recht in één Orde worden gebracht, berust op de overeenkomst in bouw. Al is de klove tusschen mensch en aap met betrekking tot de ontwikkeling der hersenen ook nog zoo groot, de…
SinaasappelenLet op: Spelling van 1914 Zie
VRUCHTEN EN VRUCHTBOOMEN.
SinamarieLet op: Spelling van 1914 Zie
GRENZEN VAN SURINAME.
SingelsLet op: Spelling van 1914 sur. Van het Engelsche shingle. Langwerpig-vierkante plankjes (1½ voet lang en 4 tot 8 duim breed) van bijlhout, bolletrie, bruinhart en siengri-kwari (Erisma uncinatum), waarmede in vroeger jaren te Paramaribo en nu nog daarbuiten de huizen gedekt worden. Soms ziet men dat ze na eenige jaren gekeerd worden. Zij vormen een koelere dakbedekking dan …
Sint Anna baaiLet op: Spelling van 1914 Zie Curaçao, blz. 252 en 256.
Sint ChristoffelLet op: Spelling van 1914 De hoogste berg van Curaçao (zie aldaar blz. 252).
Sint Eustatius of StatiaLet op: Spelling van 1914 I. Aardrijkskundig overzicht.: Ligging, vorm en grootte.: Op de kaart van ‘de groote ende kleyne Eylanden van West-Indiën’ in Johannes de Laet's Beschr. v. West-Indiën, Leyden 1625, heet het eiland ‘Stacio’ in den tekst (blz. 29) ‘St. Estasio.’ Het is een der Bovenwindsche Eilanden, ligt tusschen 17° 28' en 17° 32' N.B. en 62° 56' en 63° W.L. van G…
Sìnt-MartinLet op: Spelling van 1914 I. Aardrijkskundig overzicht.: Ligging, vorm, grootte.: Het eiland, door Columbus op diens tweede reis 11 Nov. 1493 ontdekt en naar den Heilige van dien dag St. Martin (de Tours) genoemd (zie nader Dornseiffen), ligt tusschen 18° en 18°7' N.B. en 63° 1' en 63° 10' W.L v. Greenwich en is het grootste en noordelijkste van de drie Bovenw. eilanden. De…
SintebieboLet op: Spelling van 1914 ben. e. Zie
ALOË VERA.
SiparìLet op: Spelling van 1914 kar. en n.e. Zie
POTAMOTRYGON.
SiphonapteraLet op: Spelling van 1914 vlooien, eene orde van insecten. Zij hebben zuigende monddeelen, kleine sprieten, die in een groef geborgen worden, geen vleugels, eene volkomen gedaanteverwisseling en zijn in het bijzonder ook gekenmerkt door zijdelings saamgedrukten lichaamsvorm. Merkwaardig zijn verder de drie duidelijk gescheiden, gelijk gevormde borstringen. De achterpooten z…
Siri-BrédébonLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
ARTOCARPUS INTEGRIFOLIA.
SisalLet op: Spelling van 1914 Agave rigida var. Sisalana, fam. Liliaceae. De sisal is een agave, waarvan de bladeren een uitstekende vezel (hennep: men spreekt van sisal-hennep) leveren, geschikt voor het maken van touw. Op de Bahama-eilanden, in Yucatan en elders heeft deze cultuur reeds lang vasten voet en zij levert niet onbelangrijke voordeelen op. Het is een echte woestijn…
Sisibi-wiwiriLet op: Spelling van 1914 n.e. Zie
SCOPARIA.